Klopt, gisteren was hier geen geen nieuw blog te lezen. Toch heb ik mij aan de belofte gehouden om de hele maand december elke dag een stukje te schrijven. Op 9 december verschenen hier namelijk twee verhalen. Ik kon dus nog een joker inzetten. Dat deed ik gisteren en vandaag is de afsluiter van deze serie.
De komende uren nemen we afscheid van oude jaar en verwelkomen we het nieuwe. De vaste lezers van dit blog weten dat het voor mij een turbulent jaar was. Kom ik gelijk bij het main issue van dit stukje: de persoonlijke insteek van diverse blogs. Goede vraag is: moet je dat doen? Velen zullen het niet doen; ik heb zelf ook wel eens getwijfeld bij bepaalde passages, maar inmiddels heb ik nergens spijt van. Zoals een aantal dagen geleden hier al aangehaald: dankzij social media (en vooral Facebook) kreeg ik vanuit de meest onverwachte hoeken hulp, steun en vooral nuttige informatie. Vooral die informatie hielp ons in de strijd bij de ziekte en omstandigheden van moeder. Sterker: ik ben er rotsvast van overtuigd dat ze anders nu nog steeds op diezelfde plek had gezeten. Dankzij de hulp van die mensen konden wij een sterkere vuist maken en is het lieve mens inmiddels op een betere en vooral rustigere plek. Voor mijn gevoel heb ik ook nergens te veel geschreven. Hier verschenen de verhalen die ik tegen iedereen vertelde. Tegen vrienden, familie, kennissen, maar ook vrienden van vrienden of mensen die ik niet goed ken, maar het verhaal toevallig hadden gehoord en meer wilden weten. Wat hier was te lezen, zou ik ook overal verteld hebben. En geloof me: het was slechts een fractie van alles wat in de afgelopen 11 maanden in die maffe situatie voorbij kwam.
Door hier één en ander te plaatsen kon ik vooral ook de waarheid vertellen. Je hoort in situaties als deze toch altijd weer verhalen terug die niet kloppen. We hoorden dat mam op een plaats was, waar ze totaal niet verbleef en waar ook nooit sprake van was geweest. Erger: we kregen zelfs via het 'bekende circuit' te horen dat ze al was overleden. Dat was ver voordat ik hier alle stukjes op dit blog publiceerde. Ja, het lieve mens was al dood en begraven. Gelukkig bleef het daarbij en onwaarheden houd je toch nooit tegen, maar door mensen te informeren, tackle je in ieder geval de eerste serie roddels.
Ik schreef de verhalen ook om anderen te waarschuwen wat mogelijk allemaal op je pad kan komen, mocht één van je ouders ziek worden. We hebben veel zaken goed voor elkaar in de Nederlandse gezondheidszorg, maar er is nog veel meer mis. Laat ons verhaal een waarschuwing voor iedereen zijn.
Met dit blog komt dus ook een einde aan de serie dagelijkse stukjes op dit blog. Wat Rob Zegt gaat gewoon door, maar in mindere frequente vorm. Zoals eerder aangehaald, gaat de focus voor nu weer even over op mijn Amerikablog, maar ook op dit persoonlijke medium zullen met regelmaat updates over van alles wat mij bezig houd voorbij komen.
Rest mij niets anders dan iedereen een supergave, maar vooral veilige jaarwisseling toe te wensen. En voor 2015: maak er wat moois van. Alle bladzijden van dat boek zijn nog blanco. Maak er een verhaal van waar je 31 december 2015 trots op bent. Je kunt echter nooit alle factoren zelf in de hand hebben. Daar weet ik inmiddels alles van af, maar bij alles wat je zelf doet, geldt: doe het met volle passie en overtuiging. Dan kom je een heel eind.
Maak er wat moois van!
Bedankt voor het lezen de afgelopen 31 dagen en tot volgend jaar!
Rob
Over muziek, film, voetbal, series, mijn werk als journalist, persoonlijke ervaringen en andere aardse zaken
woensdag 31 december 2014
maandag 29 december 2014
Een persoonlijk jaaroverzicht
Ze komen in alle vormen, maten en soorten voorbij: jaaroverzichten. De één vind het niks; anderen (zoals ik) zijn er dol op. Ik ben echter nuchter genoeg om te realiseren dat het leven van 31 december naar 1 januari gewoon verder gaat. Er verandert niets. George Michael zong er al over in Waiting for that day:
Now everybody's
talking about this new decade
Like you say the
magic numbers
Then just say
goodbye to
The stupid
mistakes you made
Oh my memory
serves me far too well
Maar we praten als mensen toch graag in tijdperken. En een jaar of jaargetijde is daarvoor toch vaak een ideaal middel. Het was een prachtige zomer of we hebben een topjaar achter de rug. Daarom doe ik op dit blog ook mee en kijk ik terug op 2014.
Eigenlijk had ik een verhaal willen schrijven waarin de ziekte van mijn moeder en alles wat eromheen gebeurde niet vermeld zou worden. Gewoon even kijken, hoe de rest van het jaar is verlopen. Maar ik kan 2014 simpelweg niet los zien van die allesbepalende gebeurtenis. Mijn broer en ik bouwden ons leven om de situatie heen. Morgen keert ze terug naar Venlo en is het doel om ons leven om haar situatie heen te bouwen. We krijgen meer vrijheid qua bezoek, zij zit in een betere omgeving (al zal de eerste periode zeker wennen zijn) en haar nieuwe adres is op loop/fietsafstand van onze woningen. Ja, ik had het voor dit stukje even los willen laten en over alle andere dingen willen vertellen die in 2014 gebeurden. Maar minimaal 80 tot 90 % van mijn tijd had te maken met de situatie rondom de ziekte van mijn moeder (Het bezoek, het reizen, de gesprekken, de discussies, de research, de ruzies, de vermoeidheid, de boosheid, het nadenken, de telefoontjes etc etc) en met mijn werk. Over dat laatste aspect schreef ik eerder deze maand al een stuk.
Dan blijven weinig andere zaken over die het boek van 2014 kleur kunnen geven. Mijn traditionele dagtripjes - zoals ontspanning naar Amsterdam of Duitsland - vielen allemaal weg. Als ik al in onze hoofdstad was voor werk dan vloog ik in sneltreinvaart even The American Bookcentre binnen en reisde weer snel terug naar Venlo. De nieuwe seizoenkaarten van Ajax en VVV-Venlo brachten hun geld ook niet op. De Arena bezocht ik sinds de zomer drie maal. In stadion De Koel was ik sinds de start van de competitie in augustus slechts vier keer te vinden.
Concerten? Ja, ik ben vooral heel blij met het nieuwe poppodium in Venlo: Grenswerk. Dat bracht mij sinds de opening eind oktober nog de meeste ontspanning. De zaal ligt op 3 minuten lopen van mijn woning en de optredens beginnen op een tijdstip dat alle andere zaken zijn afgehandeld.
Mijn vrienden? Praise the Lord voor Whatsapp. Ik sprak ze het vaakst via dit medium. Bij hun op bezoek gaan, was bijna geen optie. Zij belden als ik bezig was en ik was vaak te druk om zelf een telefoontje te plegen. In de ochtend en avond werken. 's Middags was ik bij mijn moeder. Om haar af te leiden, te entertainen, een oogje in het zeil te houden of alles wel goed ging daar in die maffe gezondheidsinstelling.
Wat waren dan de hoogtepunten of meest bijzondere momenten van 2014? Ik denk dat de dag van morgen - de verhuizing van mijn moeder - terug naar Venlo toch wel een hoogtepunt is. Ondanks dat we niet weten hoe ze gaat reageren op de nieuwe omgeving. Verder mag het verschijnen van het eerste boek van mijn broer niet onvermeld blijven. Toch zeker een bijzonder moment, midden in een rare tijd. Tussen alle gekte moest hij ook genieten van deze officiële debuut. De presentatie was vreemd; in ieder geval voor mij. Het draaide om hem en ik weet dat hij daar niet van houdt, maar vooral toch (ja, ook.. of liever gezegd vooral nu weer) was er vaak de gedachte richting moeder (en vader). De zaal liep vol met vrienden, kennissen en familie. Bijna iedereen die er moest zijn, leek aanwezig: alleen die twee fantastische mensen waren er niet. Dat was en blijft pijnlijk; daar ga ik niet over liegen.
Een andere positieve en memorabele dag was die reünie van de lagere school. Nooit gedacht dat ik daar zoveel lol aan zou hebben. Vooraf, zeker die dag zelf en ook de herinnering in de dagen en weken erna. Met dat selecte gezelschap (en waarschijnlijk was dat juist de kracht van deze dag)waren we weer even de kinderen van toen. Ik kwam weer even thuis. Verder kwam het blog over de historie van Venlo eindelijk van de grond. Een initiatief dat in de toekomst nog vast voor veel bijzondere momenten gaat zorgen.
Voor de rest ging bijna alles aan mij voorbij. De gedachte waren altijd gericht op werk en de situatie rondom dat lieve mens. De wereld gleed aan mij voorbij. Dat gebeurde vooral onbewust. Nu heb ik het gevoel alsof de tijd heeft stilgestaan; of 2014 nooit geweest is. Het WK voetbal drong (ondanks dat ik veel zag) niet echt door, het gevoel van lente, zomer en herfst gleed aan mij voorbij. Een kerstgevoel? Nee, het lukte niet echt. De ene dag ging automatisch over in de andere; het was een soort van sleur. Het voelt alsof ik vanaf nu alles opnieuw mag doen. Althans dat hoop ik. In 2015 kunnen we weer verder. Nu wel de lente, zomer et cetera in. Weer lekker rocken bij concerten van muzikale helden en gewoon bij mensen op bezoek gaan. Ik heb in de afgelopen 12 maanden zeker de kleine dingen van het leven nog meer leren waarderen en vond rust in mijn eigen huis. Ik hoef niet meer altijd onderweg te zijn. Ook op dat gebied kwam ik weer thuis.
Maar 2014 heeft mij voor altijd veranderd; ik zal er vast weer wijze lessen uit halen voor de toekomst. Al had ik deze lessen liever niet geleerd. Een mens heeft nog meer slechte kanten dan ik dacht. En die ervaring kwam er dankzij bepaalde figuren in de gezondheidszorg. Gelukkig was er ook steun en hulp. Dat zorgde weer voor vertrouwen. En die hulp kwam vaak (of liever gezegd: zoals zo vaak) uit de meest onverwachte hoek. Velen kunnen zeuren over social media. Ik heb met name dankzij Facebook veel welkome tips gekregen. Zonder de mensen op dit medium zou ik nooit van een instituut als het CCE gehoord hebben, had ik niet van die vrijgekomen plek in het verpleeghuis geweten en was ik misschien langer zoekende geweest over allerlei soorten informatie. Namen noemen vind ik altijd gevaarlijk; want waar je persoonlijke bedankjes uitspreekt, laat je anderen weg, maar veel mensen op social media hebben echt geholpen. De naam social media is dan ook terecht. Iedereen bedankt daarvoor.
Aan het einde van december 2015 hoop en verwacht ik een gevarieerder verhaal te kunnen vertellen.
Rob
zondag 28 december 2014
Sneeuwpaniek
Het verbaasde mij afgelopen vrijdag direct weer: de eerste berichten op teletekst en andere media over sneeuwbuien die zaterdag (gisteren) over ons land zouden trekken. Het einde der tijden leek te naderen. Iedere keer lees ik de verhalen met stijgende verbazing. De paniekerige sfeer lijkt iets van de afgelopen tien jaar. De ene waarschuwing volgt na de andere. Het land lijkt plat te gaan. Vaak gebeurt dat ook want door de onheilsspelling blijven mensen thuis.
Was dit bij veel strengere winters uit het verleden ook zo? Winters die wij als kinderen hebben meegemaakt. Natuurlijk ervaar je een pak sneeuw als kind anders dan een volwassene. En bepaalde herinneringen worden in de loop der jaren sterker of mooier. Er lijkt echter een combinatie van factoren te zijn die debet is aan deze moderne paniekstemming. Natuurlijk is het zowel op het spoor als op de weg veel drukker dan 20, 30 of 50 jaar geleden. Maar daarnaast leven we in een tijdperk waarin media steeds nadrukkelijker aanwezig zijn. Hoorde je 25 jaar geleden pas aan het einde van de dag bij het 8-uur journaal dat er problemen in het land waren door plotselinge sneeuwval; anno 2014 horen we het voor het vallen van de eerste sneeuwvlokjes al tig keer over mogelijk rampspoed. De sociale media doen tijdens de sneeuwbuien nog een extra duit in het zakje. Zowel bij vrienden uit de buurt, als familie/kennissen in de rest van het land zien we bijna live foto's en filmpjes van 'dikke' lagen sneeuw, horen we over botsingen, uitgestorven winkelcentra, bot- en beenbreuken, maar zien tevens beelden van ouderwets ogende winters: kinderen die sleetje rijden en sneeuwpoppen maken. Kortom: Nederland is bij 10 centimeter zowel één groot winter wonderland, maar ook in een paniekstemming.
Als niet onbelangrijke reden mag natuurlijk niet onvermeld blijven dat we in een evenementenmaatschappij leven. Alles is een evenement of een happening. Te veel mensen willen geëntertaind worden. Sterker: alles moet bijzonder zijn. We lijken onszelf niet meer te kunnen amuseren. Meedoen met de massa (in real life of op social media) lijkt een verplichting. Een pakje sneeuw van tien centimeter is dan ook direct een event. We hebben weer een bijzondere dag. En al die unieke momenten leggen we vast op foto's of filmpjes en plaatsen dit hier op Facebook, Instagram of Twitter. Begrijp me niet verkeerd. Ik heb alles behalve een hekel aan winter en sneeuw. Als seizoenenmens mag elk jaargetijde van mij telkens weer zijn beste beentje voorzetten. Maar de enigszins overtrokken berichtgeving blijft voor mij telkens weer een vreemde gewaarwording.
De winters uit het verleden lijken ook veel strenger dan de paar centimeter die bijvoorbeeld gisteren zijn gevallen. Bekijk de foto hiernaast maar. Genomen voor mijn ouderlijk huis in de Jodenstraat, het centrum van Venlo. Ik kan me geen paniek herinneren. Ook niet later tijdens mijn tienerjaren. Zeker niet op de wijze zoals het nu gaat. Treinen reden gewoon, je bepaalde als brave burger zelf of je wel of niet met auto/fiets de weg opging en winkeliers deden minder ingewikkeld over een paar dagen sneeuw. De vaste lasten in de binnensteden waren lager, dus er waren reserves of het gezin at een keer geen biefstuk. Nu is één dag winters weer al voldoende om bij winkeliers het angstzweet te laten uitbreken. Alles voor de omzet. Het luxere leven dat we in de afgelopen 20 jaar met z'n allen zijn gaan leiden, mag niet tot stilstand komen.
Dat er meer mensen zijn die zich verbazen over de paniekzaaierij in de media bij een paar centimeter sneeuw blijkt wel uit onderstaand stukje tekst dat gisteren op de social media vaak gedeeld werd. Geniet er nog van. Over een week zeurt weer een deel van het land dat acht graden Celsius toch echt te warm is voor de tijd van het jaar en verlangen velen naar een ouderwetse winter.
Rob
Was dit bij veel strengere winters uit het verleden ook zo? Winters die wij als kinderen hebben meegemaakt. Natuurlijk ervaar je een pak sneeuw als kind anders dan een volwassene. En bepaalde herinneringen worden in de loop der jaren sterker of mooier. Er lijkt echter een combinatie van factoren te zijn die debet is aan deze moderne paniekstemming. Natuurlijk is het zowel op het spoor als op de weg veel drukker dan 20, 30 of 50 jaar geleden. Maar daarnaast leven we in een tijdperk waarin media steeds nadrukkelijker aanwezig zijn. Hoorde je 25 jaar geleden pas aan het einde van de dag bij het 8-uur journaal dat er problemen in het land waren door plotselinge sneeuwval; anno 2014 horen we het voor het vallen van de eerste sneeuwvlokjes al tig keer over mogelijk rampspoed. De sociale media doen tijdens de sneeuwbuien nog een extra duit in het zakje. Zowel bij vrienden uit de buurt, als familie/kennissen in de rest van het land zien we bijna live foto's en filmpjes van 'dikke' lagen sneeuw, horen we over botsingen, uitgestorven winkelcentra, bot- en beenbreuken, maar zien tevens beelden van ouderwets ogende winters: kinderen die sleetje rijden en sneeuwpoppen maken. Kortom: Nederland is bij 10 centimeter zowel één groot winter wonderland, maar ook in een paniekstemming.
Als niet onbelangrijke reden mag natuurlijk niet onvermeld blijven dat we in een evenementenmaatschappij leven. Alles is een evenement of een happening. Te veel mensen willen geëntertaind worden. Sterker: alles moet bijzonder zijn. We lijken onszelf niet meer te kunnen amuseren. Meedoen met de massa (in real life of op social media) lijkt een verplichting. Een pakje sneeuw van tien centimeter is dan ook direct een event. We hebben weer een bijzondere dag. En al die unieke momenten leggen we vast op foto's of filmpjes en plaatsen dit hier op Facebook, Instagram of Twitter. Begrijp me niet verkeerd. Ik heb alles behalve een hekel aan winter en sneeuw. Als seizoenenmens mag elk jaargetijde van mij telkens weer zijn beste beentje voorzetten. Maar de enigszins overtrokken berichtgeving blijft voor mij telkens weer een vreemde gewaarwording.
De winters uit het verleden lijken ook veel strenger dan de paar centimeter die bijvoorbeeld gisteren zijn gevallen. Bekijk de foto hiernaast maar. Genomen voor mijn ouderlijk huis in de Jodenstraat, het centrum van Venlo. Ik kan me geen paniek herinneren. Ook niet later tijdens mijn tienerjaren. Zeker niet op de wijze zoals het nu gaat. Treinen reden gewoon, je bepaalde als brave burger zelf of je wel of niet met auto/fiets de weg opging en winkeliers deden minder ingewikkeld over een paar dagen sneeuw. De vaste lasten in de binnensteden waren lager, dus er waren reserves of het gezin at een keer geen biefstuk. Nu is één dag winters weer al voldoende om bij winkeliers het angstzweet te laten uitbreken. Alles voor de omzet. Het luxere leven dat we in de afgelopen 20 jaar met z'n allen zijn gaan leiden, mag niet tot stilstand komen.
Dat er meer mensen zijn die zich verbazen over de paniekzaaierij in de media bij een paar centimeter sneeuw blijkt wel uit onderstaand stukje tekst dat gisteren op de social media vaak gedeeld werd. Geniet er nog van. Over een week zeurt weer een deel van het land dat acht graden Celsius toch echt te warm is voor de tijd van het jaar en verlangen velen naar een ouderwetse winter.
Rob
zaterdag 27 december 2014
Top 2000 spel: 125 artiesten live gezien
De Top2000 lijkt een bindende factor in het land. Of de mensen er nu over discussiëren, gezamenlijk naar de radio luisteren of de liedjes bestuderen: bijna iedereen praat er over. Dat is knap. De lijst der lijsten zorgt zelfs voor spontane acties. Zo zag ik gisteravond een grappig spelletje op Facebook voorbij komen: hoeveel acts uit de Top2000 heb jij al live aan het werk gezien? De schrijver van het bericht kwam zelf tot het respectabele aantal van 64. Dat vond ik veel. In een razendtempo nam ik de lijst door en schrok in positieve zin van het aantal artiesten uit de lijst die ik al live heb mogen zien: minimaal 125.
Ja, minimaal 125. Zoals gezegd: ik ging in een pleurisvaart met mijn vinger langs de liedjes, noteerde snel de naam als de herinnering van een liveshow in mij opkwam, maar bij een aantal artiesten twijfelde ik ook. Ze waren op het festival waar ik rondliep. Of ik ze toen gezien heb? Soms weet ik het niet meer. Zeker niet als de act mij niet kan imponeren. Misschien heb ik toch staan kijken, maar is de herinnering bewust verdrongen of simpelweg weggeblazen door een veel betere act die op dezelfde festivaldag speelde. Het uitzoeken van de namen was een pleuriswerk; het schrijven van de rest van dit blog is een peulenschilletje. Want nu passeren 125 namen in willekeurige volgorde de revue. Ik kocht er een kaartje voor, ze waren openingsact, stonden op een festival of traden ergens op een plek op waar ik op dat moment moest zijn. Niet alle genoemde acts zijn mijn favorieten (het gros vanzelfsprekend wel), maar ik heb ze wel live in actie gezien. Sterker, ik kan ze zelfs nog herinneren. In willekeurige volgorde… 125 namen uit de Top2000 die ik op het podium in actie zag. Daar komen in 2015 in ieder geval The Who en Fleetwood Mac bij.
Dit is de lijst:
The Eagles, Iron Maiden, Anastasia, The Offspring, Radiohead, The Verve, Billy Joel, Guns n' Roses, Metallica, Pearl Jam, Dire Straits, Coldplay, Bruce Springsteen, U2, Golden Earring, Guus Meeuwis, David Bowie, Rolling Stones, The Doors, Simon & Garfunkel, AC/DC, Ramses Shaffy, Toto, Red Hot Chili Peppers, Marco Borsato, The Cult, Bob Dylan, The Cranberries, Skik, Earth Wind & Fire, Journey, Van Morrison, Madness, Queensryche, Daniel Lohues, The Police, KISS, Henk Westbroek, Faithless, Herman van Veen, Editors, Van Halen, Simply Red, Krezip, Whitney Houston, Alain Clark, Kane, Sting, Rage Against the Machine, Simple Minds, Black Sabbath, Foo Fighters, Michael Jackson, Frank Boeijen, Kings of Leon, Anouk, Elbow, Kensington, Linkin Park, Mumford & Sons, Tina Turner, Bon Jovi, Slayer, De Dijk, Within Temptation, Boudewijn de Groot, Ed Sheeran, Live, Blöf, John Mayer, Soundgarden, George Baker, Status Quo, George Michael, Rod Stewart, Bryan Adams, Alanis Morissette, Paul McCartney, Doe Maar, Rowwen Heze, Paul Weller, Whitesnake, James Brown, Kim Wilde, Manic Street Preachers, Duran Duran, Smashing Pumpkins, The Nits, Lenny Kravitz, Novastar, Robert Plant, Barry White, Reo Speedwagon, Neet oet Lottum, Arctic Monkeys, Spandau Ballet, Miss Montreal, Manu Chao, Level 42, Kaiser Chiefs, Robert Cray, Dave Berry, Candy Dulfer, Skunk Anansie, Waylon, Trijntje Oosterhuis, Living Colour, Saybia, Motorhead, Junkie XL, Peter Koelewijn, UB40, Blind Melon, System of a Down, The Kooks, The Specials, Counting Crows, Black Crowes, Stereophonics, Jamiroquai, Deep blue Something en Rammstein….
En welke bands heb jij live aan het werk gezien?
Rob
Bijschrift toevoegen |
Dit is de lijst:
The Eagles, Iron Maiden, Anastasia, The Offspring, Radiohead, The Verve, Billy Joel, Guns n' Roses, Metallica, Pearl Jam, Dire Straits, Coldplay, Bruce Springsteen, U2, Golden Earring, Guus Meeuwis, David Bowie, Rolling Stones, The Doors, Simon & Garfunkel, AC/DC, Ramses Shaffy, Toto, Red Hot Chili Peppers, Marco Borsato, The Cult, Bob Dylan, The Cranberries, Skik, Earth Wind & Fire, Journey, Van Morrison, Madness, Queensryche, Daniel Lohues, The Police, KISS, Henk Westbroek, Faithless, Herman van Veen, Editors, Van Halen, Simply Red, Krezip, Whitney Houston, Alain Clark, Kane, Sting, Rage Against the Machine, Simple Minds, Black Sabbath, Foo Fighters, Michael Jackson, Frank Boeijen, Kings of Leon, Anouk, Elbow, Kensington, Linkin Park, Mumford & Sons, Tina Turner, Bon Jovi, Slayer, De Dijk, Within Temptation, Boudewijn de Groot, Ed Sheeran, Live, Blöf, John Mayer, Soundgarden, George Baker, Status Quo, George Michael, Rod Stewart, Bryan Adams, Alanis Morissette, Paul McCartney, Doe Maar, Rowwen Heze, Paul Weller, Whitesnake, James Brown, Kim Wilde, Manic Street Preachers, Duran Duran, Smashing Pumpkins, The Nits, Lenny Kravitz, Novastar, Robert Plant, Barry White, Reo Speedwagon, Neet oet Lottum, Arctic Monkeys, Spandau Ballet, Miss Montreal, Manu Chao, Level 42, Kaiser Chiefs, Robert Cray, Dave Berry, Candy Dulfer, Skunk Anansie, Waylon, Trijntje Oosterhuis, Living Colour, Saybia, Motorhead, Junkie XL, Peter Koelewijn, UB40, Blind Melon, System of a Down, The Kooks, The Specials, Counting Crows, Black Crowes, Stereophonics, Jamiroquai, Deep blue Something en Rammstein….
En welke bands heb jij live aan het werk gezien?
Rob
vrijdag 26 december 2014
Mijn guilty pleasure: de handtekeningen van The Dolly Dots
Nu de Top2000 weer is begonnen, ontkom ik er als muziekliefhebber natuurlijk niet aan om daar op mijn blog iets over te schrijven. Maar… alles wat ik wilde zeggen, vertelde ik verleden jaar al op precies dezelfde datum; de eerste dag van Top2000 a GoGo op TV, 26 december. 2013 Nou ja, bijna alles is inmiddels verteld.
Ik las het betreffende stukje zojuist terug en behalve mijn mening over het fenomeen Top2000 benoem ik in dat blog tevens mijn persoonlijke ontmoetingen met een aantal sterren, zoals een aantal leden van The Rolling Stones en KISS. Bijna aan het einde van dat stukje doe ik een soort van belofte die nu dan maar opgebiecht dient te worden. Ik schreef namelijk precies een jaar geleden: "Verder is er nog een 'Guilty Pleasure' verhaal met handtekening, maar dat komt hier misschien ooit nog aan bod." Goed, dan is het nu maar tijd om ook dat verhaal te vertellen. Ik heb de handtekening van alle zes de Dolly Dots. Niet door een persoonlijke ontmoeting, maar via de post.
Het was toen eigenlijk not done. Zeker voor mij. Ik was in die tijd 'fan' van KISS, Van Halen, The Police, The Rolling Stones, AC/DC, Iron Maiden en veel meer van deze min of meer rockende heren. Maar natuurlijk was ik als opgroeiende puber niet ongevoelig voor de charmes van deze 6 'girls next door'. Misschien was ik eigenlijk wel trendsetter, want niet veel later bekenden heel veel mannelijke pubers de groep toch wel erg leuk te vinden. En omdat het zulke frisse meiden waren en de liedjes steeds volwassener werden, was het bijna normaal om in de platenzaak behalve de nieuwe elpee van KISS of Duran Duran ook gewoon iets van The Dolly Dots te kopen. Maar waarom dan ook handtekeningen? Niets menselijks is mij blijkbaar vreemd. De exacte reden is mij echter niet meer duidelijk, maar het was in die periode ook redelijk normaal om een foto met krabbel op te vragen van bekende voetballers. Hun adressen stonden nog gewoon in een jaarboek en het was dus de eenvoudigste zaak van de wereld om een briefje - voorzien van een retourenveloppe (incl postzegel) - naar je favoriete speler te sturen. Een paar dagen later lag een kaart voorzien van de gewenste krabbel in de brievenbus.
Ja echt, ik heb ze allemaal gehad: Ruud Gullit, Marco van Basten, Jesper Olsen, Wim Kieft, John Bosman en zelfs van Johan Cruijff. Helaas was die laatste handtekening niet echt, maar gewoon voorgedrukt op de kaart. "Van wie krijg jij toch altijd post," vroeg mijn vader als er weer een enveloppe voor zijn zoon bij de kapsalon was afgegeven. Aan het stempel kon hij zien dat de brieven uit Amsterdam, Haarlem, Rotterdam of waar dan ook vandaan kwamen. Een fenomeen dat voor hem onbekend en vooral raar was.
Ergens in die periode stond in één van de fameuze muziekbladen van toen ook een verhaal over de thuissituatie van The Dolly Dots. Angéla en Patty waren favoriet en laatstgenoemde poseerde heel naïef (toen was dat nog geen probleem) bij haar voordeur waardoor dus ook het huisnummer te zien was. Zelfs in een tijdperk zonder internet was het een peulenschilletje om haar adres te achterhalen. Dat deed ik, stuurde een 'lief' briefje (het waren tenslotte keurige meisjes) en binnen een dag of drie kreeg ik antwoord. Een persoonlijk briefje waarop Patty mijn vragen beantwoordde plus een kaart met daarop de handtekening van alle zes de dames. Inclusief een korte persoonlijke boodschap. Ja, ik heb die gesigneerde kaart nog. Voor lange tijd verdwenen en vergeten, maar toen ik een aantal jaren geleden mijn elpees weer van zolder haalde, bleek de kaart (enigszins gevouwen) plus het persoonlijk geschreven briefje in de hoes van een Dolly Dots LP te zijn verstopt (en nee die van de voetballers heb ik niet meer).
Noem het een Guilty Pleasure, maar ik begreep pas geleden van iemand dat Guilty Pleasures eigenlijk niet bestaan. Want als je iets goed vindt, vind je het gewoon goed en is er niets om je schuldig over te voelen. Dus behalve die stevig rockende heren, klonk in die tijd onder andere ook de Dolly Dots door mijn jongenskamer. Het opvragen van die handtekening had iets spannends. Nee, de kaart zal geen geld waard zijn, maar het is een grappige herinnering uit een lang vervlogen tijd en dus een ideaal item voor mijn persoonlijk archief.
Rob
Ik las het betreffende stukje zojuist terug en behalve mijn mening over het fenomeen Top2000 benoem ik in dat blog tevens mijn persoonlijke ontmoetingen met een aantal sterren, zoals een aantal leden van The Rolling Stones en KISS. Bijna aan het einde van dat stukje doe ik een soort van belofte die nu dan maar opgebiecht dient te worden. Ik schreef namelijk precies een jaar geleden: "Verder is er nog een 'Guilty Pleasure' verhaal met handtekening, maar dat komt hier misschien ooit nog aan bod." Goed, dan is het nu maar tijd om ook dat verhaal te vertellen. Ik heb de handtekening van alle zes de Dolly Dots. Niet door een persoonlijke ontmoeting, maar via de post.
Het was toen eigenlijk not done. Zeker voor mij. Ik was in die tijd 'fan' van KISS, Van Halen, The Police, The Rolling Stones, AC/DC, Iron Maiden en veel meer van deze min of meer rockende heren. Maar natuurlijk was ik als opgroeiende puber niet ongevoelig voor de charmes van deze 6 'girls next door'. Misschien was ik eigenlijk wel trendsetter, want niet veel later bekenden heel veel mannelijke pubers de groep toch wel erg leuk te vinden. En omdat het zulke frisse meiden waren en de liedjes steeds volwassener werden, was het bijna normaal om in de platenzaak behalve de nieuwe elpee van KISS of Duran Duran ook gewoon iets van The Dolly Dots te kopen. Maar waarom dan ook handtekeningen? Niets menselijks is mij blijkbaar vreemd. De exacte reden is mij echter niet meer duidelijk, maar het was in die periode ook redelijk normaal om een foto met krabbel op te vragen van bekende voetballers. Hun adressen stonden nog gewoon in een jaarboek en het was dus de eenvoudigste zaak van de wereld om een briefje - voorzien van een retourenveloppe (incl postzegel) - naar je favoriete speler te sturen. Een paar dagen later lag een kaart voorzien van de gewenste krabbel in de brievenbus.
Ja echt, ik heb ze allemaal gehad: Ruud Gullit, Marco van Basten, Jesper Olsen, Wim Kieft, John Bosman en zelfs van Johan Cruijff. Helaas was die laatste handtekening niet echt, maar gewoon voorgedrukt op de kaart. "Van wie krijg jij toch altijd post," vroeg mijn vader als er weer een enveloppe voor zijn zoon bij de kapsalon was afgegeven. Aan het stempel kon hij zien dat de brieven uit Amsterdam, Haarlem, Rotterdam of waar dan ook vandaan kwamen. Een fenomeen dat voor hem onbekend en vooral raar was.
Ergens in die periode stond in één van de fameuze muziekbladen van toen ook een verhaal over de thuissituatie van The Dolly Dots. Angéla en Patty waren favoriet en laatstgenoemde poseerde heel naïef (toen was dat nog geen probleem) bij haar voordeur waardoor dus ook het huisnummer te zien was. Zelfs in een tijdperk zonder internet was het een peulenschilletje om haar adres te achterhalen. Dat deed ik, stuurde een 'lief' briefje (het waren tenslotte keurige meisjes) en binnen een dag of drie kreeg ik antwoord. Een persoonlijk briefje waarop Patty mijn vragen beantwoordde plus een kaart met daarop de handtekening van alle zes de dames. Inclusief een korte persoonlijke boodschap. Ja, ik heb die gesigneerde kaart nog. Voor lange tijd verdwenen en vergeten, maar toen ik een aantal jaren geleden mijn elpees weer van zolder haalde, bleek de kaart (enigszins gevouwen) plus het persoonlijk geschreven briefje in de hoes van een Dolly Dots LP te zijn verstopt (en nee die van de voetballers heb ik niet meer).
Noem het een Guilty Pleasure, maar ik begreep pas geleden van iemand dat Guilty Pleasures eigenlijk niet bestaan. Want als je iets goed vindt, vind je het gewoon goed en is er niets om je schuldig over te voelen. Dus behalve die stevig rockende heren, klonk in die tijd onder andere ook de Dolly Dots door mijn jongenskamer. Het opvragen van die handtekening had iets spannends. Nee, de kaart zal geen geld waard zijn, maar het is een grappige herinnering uit een lang vervlogen tijd en dus een ideaal item voor mijn persoonlijk archief.
Rob
donderdag 25 december 2014
Respect voor de verpleging
In de afgelopen weken en maanden heb ik hier regelmatig afgegeven over zorgmaffia. Dan heb ik het vooral over beleidsbepalers, artsen, zogenaamde klachtencommissies, politici en alles wat daarmee samenhangt. In het afgelopen jaar heb ik wel veel respect gekregen voor het verplegende personeel. Dan doel ik natuurlijk weer specifiek op de situatie rondom mijn moeder. Waar zij verblijft werken mensen die dingen moeten doen waar de meesten van ons niet aan moeten denken. De stressfactor en werkdruk is daar continu hoog. Extreem hoog. Met dank weer aan de eerdergenoemde politici en andere beleidsbepalers die verantwoordelijk zijn voor onderbezetting, erbarmelijke arbeidsomstandigheden en dus een slecht leefklimaat voor patiënten.
Vanzelfsprekend was ik het in het afgelopen jaar niet altijd eens met keuzes of uitleg van verplegend personeel; er was ook wel eens een conflictje, maar die plooien waren altijd weer snel gladgestreken, mede door het respect wat ik voor deze groep heb gekregen. Dat liet ik af en toe ook weten aan het personeel. "Ik zou echt niet kunnen, wat jullie doen," zo liet ik wel eens weten na het zien van een absurde of nauwelijks te bevatten situatie. Een keer kreeg een nuchter antwoord. "Jij bent journalist, dat zou ik niet kunnen." Tja, daar valt iets over te zeggen. Ieder zijn gave of kennis, maar deze jongen heeft niet te maken met de gekte waarmee de verpleging dagelijks geconfronteerd wordt. Zoals gezegd komt dat door het type patiënten, maar nog veel meer door onderbezetting, slechte of niet aanwezig faciliteiten plus een omgeving die veertig jaar geleden al het stempel onvoldoende zou krijgen. Probeer dan maar eens alles perfect te laten verlopen. Onmogelijk! Respect voor zij die er dagelijks het beste van maken.
Ik wil en mag misschien ook wel niet te diep op de situatie ingaan zoals ik deze dagelijks aantref op de plek waar mijn moeder het afgelopen jaar verpleegd werd. Het was schrijnend, mensonterend en pijnlijk. Vaak schaamde ik mij dat ik haar daar achter moest laten. "Bijna niemand die hier voor in de ontvangsthal gaat zitten, heeft een idee wat zich achter die deuren afspeelt," zo zei een familielid een keer tegen mij. Op dag één schrokken wij ons lam. En nu ruim tien maanden later, is het soms nog steeds moeilijk om de ellende die ik daar zie van mijn netvlies te krijgen. Ja, ik heb daar een meer dan dierbaar familielid zitten en voor de verpleging is het werk, maar vaak vroeg ik me af hoe zij afschakelen.
Waarschijnlijk moet je voor dit beroep in de wieg zijn weggelegd. Ik zie spontane jonge meiden die er als stagiaires werken en altijd maar met een gulle lach rondlopen. Respect. Het vaste personeel dat hier al jaren werkt, heeft waarschijnlijk al te veel gezien en een soort schild opgebouwd. Vaak liep ik ook boos of verdrietig weg; nog niet eens direct door een situatie met mijn moeder, maar omdat ik dacht: waarom zijn hier de faciliteiten niet beter. Waarom is deze zorginstelling überhaupt ooit in dit gebouw geplaatst? Degene die het bedacht heeft, verdient met terugwerkende kracht een nekschot. Dan ben je ergens niet helemaal lekker. Slechte sanitaire voorzieningen, geen privacy, te weinig ruimte voor recreatie en eigenlijk alles te klein. En het verplegend personeel maakt er toch dagelijks het beste van. "Zeggen jullie het maar, naar ons luisteren ze toch niet," zo kregen wij ook wel eens te horen als we weer een puntje van kritiek met hun bespraken. Alleen vanwege dit issue, zou het huidige kabinet nog deze kerst moeten vallen. Of een volgende groep politici de problematiek in de zorg wel echt serieus neemt, is natuurlijk de vraag. In plaats van minder personeel zijn veel, echt veel meer handjes aan de bedden nodig. En dat niet alleen. Faciliteiten, voorzieningen, directe en indirecte omgeving van de gebouwen; alles moet op de schop. Zolang de dames en heren in Den Haag echter met opgeblazen ego's plus oogkleppen op rond blijven lopen, wordt de toestand alleen maar schrijnender. En wordt het voor elke volgende generatie zwaarder en lastiger. Zowel voor de patiënten als voor de nieuwe lichting personeel. Vroeg of laat krijgen we hier allemaal mee te maken.
Rob
Vanzelfsprekend was ik het in het afgelopen jaar niet altijd eens met keuzes of uitleg van verplegend personeel; er was ook wel eens een conflictje, maar die plooien waren altijd weer snel gladgestreken, mede door het respect wat ik voor deze groep heb gekregen. Dat liet ik af en toe ook weten aan het personeel. "Ik zou echt niet kunnen, wat jullie doen," zo liet ik wel eens weten na het zien van een absurde of nauwelijks te bevatten situatie. Een keer kreeg een nuchter antwoord. "Jij bent journalist, dat zou ik niet kunnen." Tja, daar valt iets over te zeggen. Ieder zijn gave of kennis, maar deze jongen heeft niet te maken met de gekte waarmee de verpleging dagelijks geconfronteerd wordt. Zoals gezegd komt dat door het type patiënten, maar nog veel meer door onderbezetting, slechte of niet aanwezig faciliteiten plus een omgeving die veertig jaar geleden al het stempel onvoldoende zou krijgen. Probeer dan maar eens alles perfect te laten verlopen. Onmogelijk! Respect voor zij die er dagelijks het beste van maken.
Ik wil en mag misschien ook wel niet te diep op de situatie ingaan zoals ik deze dagelijks aantref op de plek waar mijn moeder het afgelopen jaar verpleegd werd. Het was schrijnend, mensonterend en pijnlijk. Vaak schaamde ik mij dat ik haar daar achter moest laten. "Bijna niemand die hier voor in de ontvangsthal gaat zitten, heeft een idee wat zich achter die deuren afspeelt," zo zei een familielid een keer tegen mij. Op dag één schrokken wij ons lam. En nu ruim tien maanden later, is het soms nog steeds moeilijk om de ellende die ik daar zie van mijn netvlies te krijgen. Ja, ik heb daar een meer dan dierbaar familielid zitten en voor de verpleging is het werk, maar vaak vroeg ik me af hoe zij afschakelen.
Waarschijnlijk moet je voor dit beroep in de wieg zijn weggelegd. Ik zie spontane jonge meiden die er als stagiaires werken en altijd maar met een gulle lach rondlopen. Respect. Het vaste personeel dat hier al jaren werkt, heeft waarschijnlijk al te veel gezien en een soort schild opgebouwd. Vaak liep ik ook boos of verdrietig weg; nog niet eens direct door een situatie met mijn moeder, maar omdat ik dacht: waarom zijn hier de faciliteiten niet beter. Waarom is deze zorginstelling überhaupt ooit in dit gebouw geplaatst? Degene die het bedacht heeft, verdient met terugwerkende kracht een nekschot. Dan ben je ergens niet helemaal lekker. Slechte sanitaire voorzieningen, geen privacy, te weinig ruimte voor recreatie en eigenlijk alles te klein. En het verplegend personeel maakt er toch dagelijks het beste van. "Zeggen jullie het maar, naar ons luisteren ze toch niet," zo kregen wij ook wel eens te horen als we weer een puntje van kritiek met hun bespraken. Alleen vanwege dit issue, zou het huidige kabinet nog deze kerst moeten vallen. Of een volgende groep politici de problematiek in de zorg wel echt serieus neemt, is natuurlijk de vraag. In plaats van minder personeel zijn veel, echt veel meer handjes aan de bedden nodig. En dat niet alleen. Faciliteiten, voorzieningen, directe en indirecte omgeving van de gebouwen; alles moet op de schop. Zolang de dames en heren in Den Haag echter met opgeblazen ego's plus oogkleppen op rond blijven lopen, wordt de toestand alleen maar schrijnender. En wordt het voor elke volgende generatie zwaarder en lastiger. Zowel voor de patiënten als voor de nieuwe lichting personeel. Vroeg of laat krijgen we hier allemaal mee te maken.
Rob
woensdag 24 december 2014
Fijne kerstdagen
And so this is Christmas… dat zingt John Lennon ieder jaar in zijn kerstklassieker Happy X-mas. Yep, het is weer 24 december. "The Christmas rush is through..," zo zingen the Carpenters. Veel mensen hebben er zin in, vele anderen zuchten en steunen weer onder de vele verplichtingen die ze aan moeten gaan.
Zie het niet als een verplichting dat diner of bezoekje bij je ouders, andere familieleden, vrienden, kennissen en/of buren, maar beschouw het als een jaarlijks terugkerend geschenk. Op een dag kun je niet meer met al deze mensen kerst vieren en dan zal of jij of iemand anders aan tafel de persoon of personen die niet bij de kerstdis aanschuiven vreselijk missen. Geniet er dus vooral van! Van het gezelschap, de samenstelling ervan, het lekkere eten en de sfeer.
Ik wens iedereen een fantastische kerst! Maak er wat moois van.
Rob
dinsdag 23 december 2014
Kerstkaarten sturen
Het is een traditie die stapje voor stapje door steeds minder mensen in ere wordt gehouden: het versturen van kerstkaarten. Dankzij de sociale media en diverse andere digitale opties wint het versturen van een kerstgroet per computer of telefoon steeds meer terrein. Is dat erg?
In principe niet. Sommige mensen hechten er weinig waarde aan, anderen vinden het te zeer een gedoe. Weer een andere groep vindt het te duur en voor sommigen kost het te veel tijd. Overal valt iets van te zeggen. Zelf ben ik wel altijd heel netjes kerstkaarten blijven sturen. Net zoals ik deze traditie met verjaardagenen bij andere bijzondere momenten in ere wil houden. Voor mij is het belangrijk even een korte persoonlijke boodschap aan iemand te sturen. Bovendien hecht ik meer waarde aan het vinden van een enveloppe met kerstkaart in de brievenbus, dan een digitale groet die tegelijkertijd naar tientallen of zelfs honderden andere mensen wordt gestuurd. Al lees ik alles met plezier: de digitale boodschap ben ik redelijk snel vergeten. Een bericht via internet is natuurlijk wel ideaal als adressen niet bekend zijn. En ja, ik ga ook iedereen fijne kerstdagen en een gelukkig nieuwjaar via Facebook en Twitter wensen, omdat ik van 80 tot 90 % van mijn vrienden/volgers op deze social media geen adres heb. Maar mijn vaste kern krijgt weer gewoon een kaartje.
In Dagblad de Limburger was verleden week al een korte column over dit fenomeen te lezen. Steeds meer mensen vinden het schrijven en versturen te zeer een gedoe, maar bijna iedereen vindt het leuk een kerstkaart te krijgen. Daarin zit een tegenstrijdigheid. De columnist noemde bewust het feit dat hij een aantal kerstkaarten van 20 jaar (of langer) geleden nog steeds ergens bewaard had. Juist vanwege de schoonheid of de fraaie persoonlijke noot. Ergens bij mij op zolder, zullen in bewaarboxen ook vast kaarten uit lang vervlogen tijden liggen. Kaarten gestuurd met kerst, vakanties, verjaardag of welke andere bijzondere gelegenheid dan ook. Misschien was de persoon die de kaart stuurde mij dierbaar of was de boodschap treffend. Ooit kreeg ik van vrienden een boodschap uit Griekenland. De voorkant van de kaart was nogal … laat ik het zeggen:apart. Lachend kwam de postbode de kapsalon van mijn vader binnen. "Het hele sorteercentrum heeft hier lol van gehad," zo zei hij met een grote grijns. Het zal met een digitale boodschap niet snel gebeuren.
Afgelopen zaterdag vond ik deze kerstkaart in mijn brievenbus. Kaart plus stuk chocola. Heel attent! Heel lief! Ik heb tot nu toe echter nog altijd geen idee wie de afzender is. Wie mij wil bedanken? Geen idee. Even dacht ik aan de buren, maar daar kreeg ik vandaag een gewone kaart van in de bus. Of ik de boodschapper nog weet te traceren? Geen idee. Het was niet de enige kerstkaart die de afgelopen week in mijn brievenbus lag. Nee, het zijn er zeker niet meer zoveel als tien jaar geleden. Dat komt omdat ook in mijn vrienden- en kennissenkring de digitalisering steeds verder toeneemt. Maar elke enveloppe opende ik met interesse en nieuwsgierigheid. Diverse boodschappen staan mij nu nog helder voor de geest. Om heel eerlijk te zijn, wilde ik zelf dit jaar - om de bekende redenen - geen kaarten sturen. Nergens heerste in mij een gevoel van kerst, vrede en warmte. Maar bij elke kaart die ik ontving dacht ik tevens: die mensen verdienen een kaart terug. Eigenlijk ben ik nu te laat. Ze komen niet meer voor de kerstdagen binnen. Dat neemt niet weg dat ik de komende dagen toch aan het schrijven sla. Zoals gezegd: elke persoonlijke noot die aan mij gestuurd was, heb ik met belangstelling gelezen. Het is een traditie die in ere gehouden dient te worden. Al ben ik dan misschien een ouderwetse lul of zijn we met steeds minder kaartenstuurders. Ik blijf het doen. Ook dit jaar. Mijn persoonlijke noot komt dan door omstandigheden misschien iets later, maar de boodschap is niet minder gemeend.
Rob
maandag 22 december 2014
Het mooiste kerstgeschenk ooit
Het is zover! Daar was aan het einde van de middag dat verlossende telefoontje. Moeder mag weg uit de hel en komt volgende week dinsdag 30 december terug naar haar eigen stad en omgeving. Op een plek waar ze thuis hoort. Ik overdrijf niet als ik zeg dat dit het mooiste kerstgeschenk is dat ik ooit heb gekregen.
Nee, ik heb niet de illusie dat ze nu in het Walhalla komt en dat voortaan alles jolijtig wordt. Ze is ziek en in dat proces zit geen verbetering. Maar wat wij (en zeker zij) in de afgelopen tien maanden hebben moeten doorstaan was onbeschrijfelijk. Te slecht en bizar voor woorden. Zoals eerder hier aangegeven: mijn respect voor het lieve mens is in de afgelopen maanden alleen maar gegroeid; want wat hield ze zich vaak sterk. Het was ruim tien maanden lang een rit door de hel. De hel waar Satan zelf regeerde en hij vele families het leven zuur maakt. Zijn handlangers houden hem de handen boven het hoofd. Ja, de hel! Dat was het. Met alle ingrediënten. "Truth is stranger than fiction," zingt Mick Jagger in het Rolling Stones nummer Too Much Blood. Dat kan ik inmiddels alleen maar beamen. We waanden ons bijna het hele jaar in een slechte soap, een dramaserie en een klucht.
Vaak geven mensen af op verhaallijnen in series. Overdreven! Dat kan niet! Onmogelijk! Zoiets maakt niemand mee. Maar inmiddels weet ik: het kan allemaal. Het was een achtbaan. Van hoop naar wanhoop en weer terug. We doorstonden kwellingen, cynisme en mensonterende situaties. Vaak heb ik gedacht: wat komt er nu weer? Zelfs vandaag nog. Vanmorgen was er al het eerste sprankje hoop. We wisten dat er twee plekken waren vrijgekomen op de plek waar moeder naar toe gaat. Een aantal telefoontjes later was de hoop alweer bijna verdwenen. Zaken liepen toch weer net iets anders dan vooraf geschetst. Er kwam geen reactie vanuit de plek waar een reactie moest komen. Iemand zou na vandaag zijn handen van deze zaak aftrekken. "Als het deze week niet lukt, komt het ook echt niet meer goed," zo dachten zowel mijn broer als ikzelf. Door maar te blijven knokken en druk op de ketel te houden, zijn we nu toch in onze missie geslaagd.
Moet ik dit verhaal hier delen? Snappen anderen onze blijdschap? Moeder gaat nu naar een plek waar eigenlijk niemand graag naar toe wil (een verpleeghuis) en toch zijn we blij. Dat kan alleen iemand zich beseffen die ook in de hel is geweest. Net op weg terug naar huis, sprak ik een man wiens vrouw ook op die plek verblijft. "Niemand begrijpt mij," zei hij. We wisselden ervaringen uit en konden zelfs af en toe lachen. Maar we begrepen elkaars verhalen. Een arts noemde het zelf al de meest vreselijke plek waar een mens kan zijn. Dat zegt voldoende. Verleden week zag ik nog een vrouw de afdeling op lopen waar haar man verbleef. Ze sloeg haar handen voor het gezicht, liet haar hoofd zakken en rende huilend weg. Een triest beeld, dat ik nu nog dagelijks voor me zie, maar ik begreep die reactie.
Wat deed onze moeder er dan? We hebben het onszelf ruim tien maanden lang afgevraagd. Ze ging voor een paar weken ter observatie. Het werden ruim tien maanden. Bijna het hele kalenderjaar 2014. Van 13 februari (de dag van haar verjaardag) tot volgende week, de één na laatste dag van het jaar. "Ik zie het al," zo zei een verpleger op de dag dat zij er binnen kwam. "Deze mevrouw is veel te goed voor hier." Toch kregen we haar daar niet weg. Ze ging juist daar in recordtempo achteruit. De behandeling werd psychische mishandeling. Hoe langer ze daar verbleef, hoe meer wij die term gebruikten. Niet alleen die ellende van de ziekte kregen we over ons heen. We kregen Satan en zijn handlangers er gratis bij. "Je kunt er een boek over schrijven," zeggen mensen dan vaak. Mijn broer is inmiddels dan ook begonnen met het schrijven. Laat het een soort gids worden voor iedereen die in deze situatie terecht komt. Geen mens die families goed informeert. Ja, er komt informatie, maar het klopt vaak niet. Als iemand al iets vertelt is het tegenstrijdig met de woorden en beweringen van een ander. Op het moment dat wij te kritisch werden, kregen we te maken met leugens, intimidatie, agressie en bedreiging van een arts. Ja, het kan allemaal.
Nu is het voorbij. Nog een week. Maar die zingen we wel uit. Daarna gaan mijn broer en ik nog eens keet schoppen in de hel want Satan verdient het gestraft te worden. In het belang van andere mensen die nog naar die vreselijke plek toe moeten. Hij treiterde niet alleen ons, ook diverse andere families kregen te maken met deze vreselijke man en zijn volgers. Dat mag niet zomaar ongestraft blijven. En wij? Wij kunnen ons leven weer oppakken.
Ter afsluiting: vanmorgen opende ik mijn ogen weer eens op een onmenselijk tijdstip. Ergens voor 5 uur in de vroege ochtend. Gelukkig dutte ik even later toch weer in. En toen daar was die droom, dat visioen. Ik nam een aantal hindernissen, rare hindernissen zoals die alleen in dromen voorkomen en zag mijn broer van een roltrap afkomen. Hij stond met zijn armen omhoog; in juichstemming. Ik pakte de roltrap ernaast, gleed omhoog en schreeuwde: "Wat is er?" Zijn antwoord: "Ze mag weg. Volgende week mag ze weg." Ik kon het niet geloven en wilde meer weten. Toen werd ik wakker en in mijn hoofd klonk slechts één vraag: was dit een voorbode voor een boodschap die we vandaag zouden krijgen? Het antwoord staat hierboven!
Rob
Nee, ik heb niet de illusie dat ze nu in het Walhalla komt en dat voortaan alles jolijtig wordt. Ze is ziek en in dat proces zit geen verbetering. Maar wat wij (en zeker zij) in de afgelopen tien maanden hebben moeten doorstaan was onbeschrijfelijk. Te slecht en bizar voor woorden. Zoals eerder hier aangegeven: mijn respect voor het lieve mens is in de afgelopen maanden alleen maar gegroeid; want wat hield ze zich vaak sterk. Het was ruim tien maanden lang een rit door de hel. De hel waar Satan zelf regeerde en hij vele families het leven zuur maakt. Zijn handlangers houden hem de handen boven het hoofd. Ja, de hel! Dat was het. Met alle ingrediënten. "Truth is stranger than fiction," zingt Mick Jagger in het Rolling Stones nummer Too Much Blood. Dat kan ik inmiddels alleen maar beamen. We waanden ons bijna het hele jaar in een slechte soap, een dramaserie en een klucht.
Vaak geven mensen af op verhaallijnen in series. Overdreven! Dat kan niet! Onmogelijk! Zoiets maakt niemand mee. Maar inmiddels weet ik: het kan allemaal. Het was een achtbaan. Van hoop naar wanhoop en weer terug. We doorstonden kwellingen, cynisme en mensonterende situaties. Vaak heb ik gedacht: wat komt er nu weer? Zelfs vandaag nog. Vanmorgen was er al het eerste sprankje hoop. We wisten dat er twee plekken waren vrijgekomen op de plek waar moeder naar toe gaat. Een aantal telefoontjes later was de hoop alweer bijna verdwenen. Zaken liepen toch weer net iets anders dan vooraf geschetst. Er kwam geen reactie vanuit de plek waar een reactie moest komen. Iemand zou na vandaag zijn handen van deze zaak aftrekken. "Als het deze week niet lukt, komt het ook echt niet meer goed," zo dachten zowel mijn broer als ikzelf. Door maar te blijven knokken en druk op de ketel te houden, zijn we nu toch in onze missie geslaagd.
Moet ik dit verhaal hier delen? Snappen anderen onze blijdschap? Moeder gaat nu naar een plek waar eigenlijk niemand graag naar toe wil (een verpleeghuis) en toch zijn we blij. Dat kan alleen iemand zich beseffen die ook in de hel is geweest. Net op weg terug naar huis, sprak ik een man wiens vrouw ook op die plek verblijft. "Niemand begrijpt mij," zei hij. We wisselden ervaringen uit en konden zelfs af en toe lachen. Maar we begrepen elkaars verhalen. Een arts noemde het zelf al de meest vreselijke plek waar een mens kan zijn. Dat zegt voldoende. Verleden week zag ik nog een vrouw de afdeling op lopen waar haar man verbleef. Ze sloeg haar handen voor het gezicht, liet haar hoofd zakken en rende huilend weg. Een triest beeld, dat ik nu nog dagelijks voor me zie, maar ik begreep die reactie.
Wat deed onze moeder er dan? We hebben het onszelf ruim tien maanden lang afgevraagd. Ze ging voor een paar weken ter observatie. Het werden ruim tien maanden. Bijna het hele kalenderjaar 2014. Van 13 februari (de dag van haar verjaardag) tot volgende week, de één na laatste dag van het jaar. "Ik zie het al," zo zei een verpleger op de dag dat zij er binnen kwam. "Deze mevrouw is veel te goed voor hier." Toch kregen we haar daar niet weg. Ze ging juist daar in recordtempo achteruit. De behandeling werd psychische mishandeling. Hoe langer ze daar verbleef, hoe meer wij die term gebruikten. Niet alleen die ellende van de ziekte kregen we over ons heen. We kregen Satan en zijn handlangers er gratis bij. "Je kunt er een boek over schrijven," zeggen mensen dan vaak. Mijn broer is inmiddels dan ook begonnen met het schrijven. Laat het een soort gids worden voor iedereen die in deze situatie terecht komt. Geen mens die families goed informeert. Ja, er komt informatie, maar het klopt vaak niet. Als iemand al iets vertelt is het tegenstrijdig met de woorden en beweringen van een ander. Op het moment dat wij te kritisch werden, kregen we te maken met leugens, intimidatie, agressie en bedreiging van een arts. Ja, het kan allemaal.
Nu is het voorbij. Nog een week. Maar die zingen we wel uit. Daarna gaan mijn broer en ik nog eens keet schoppen in de hel want Satan verdient het gestraft te worden. In het belang van andere mensen die nog naar die vreselijke plek toe moeten. Hij treiterde niet alleen ons, ook diverse andere families kregen te maken met deze vreselijke man en zijn volgers. Dat mag niet zomaar ongestraft blijven. En wij? Wij kunnen ons leven weer oppakken.
Ter afsluiting: vanmorgen opende ik mijn ogen weer eens op een onmenselijk tijdstip. Ergens voor 5 uur in de vroege ochtend. Gelukkig dutte ik even later toch weer in. En toen daar was die droom, dat visioen. Ik nam een aantal hindernissen, rare hindernissen zoals die alleen in dromen voorkomen en zag mijn broer van een roltrap afkomen. Hij stond met zijn armen omhoog; in juichstemming. Ik pakte de roltrap ernaast, gleed omhoog en schreeuwde: "Wat is er?" Zijn antwoord: "Ze mag weg. Volgende week mag ze weg." Ik kon het niet geloven en wilde meer weten. Toen werd ik wakker en in mijn hoofd klonk slechts één vraag: was dit een voorbode voor een boodschap die we vandaag zouden krijgen? Het antwoord staat hierboven!
Rob
zondag 21 december 2014
Over oerdriften, op hol geslagen vuisten en oprecht respect
"We zijn met z'n allen knettergek geworden." Heerlijk om een blog te beginnen met zo'n übercliché of open deur. Maar ik denk het steeds vaker. Meer en meer. Eigenlijk schud ik dagelijks mijn hoofd over gedrag van andere mensen. Gedrag waar ik mij op geen enkele manier in kan vinden. Asociaal gedrag, domme uitspraken, korte lontjes, egoïsme: kortom oergedrag dat door middel van macho-uitingen, gepronk, hebzucht, jaloezie, roddel en achterklap bij steeds meer mensen naar boven komt.
Een toespraak van loco-burgemeester Vera Tax, een aantal toepasselijke liederen gezongen door lokale artiesten en vooral veel, heel veel respect voor deze warme persoonlijkheid. Wie Philippe kent, kan alleen maar van deze man houden. Altijd hartelijk, vriendelijk, amicaal en grappig. Een mens als Philippe zorgt ervoor dat oerdriften die dagelijks voor zoveel verwerpelijk gedrag zorgen, volledig vervagen bij mooi, eerlijk en oprecht menselijk gedrag. Het spontaan georganiseerde eerbetoon waarbij Mattioni en zijn vrouw Irmgard werden toegezongen, geknuffeld en gekust was tevens een goed voorbeeld om aan te tonen dat in deze steeds hardere tijden nog oog is voor de goedheid van de mens. De tranen bij Philippe en zijn vrouw waren oprecht. Ze kwamen van diep. Geen haantjesgedrag, competitiedrang of geciviliseerde achterbaksheid. Nee, louter oprechte emotie bij twee mooi mensen en de velen die hen een warm hart toedragen; in de afgelopen dertig jaar, gisteravond en tot in de lengte van jaren. Philippe is veur altied eine Venlonaer.
Het is zichtbaar in alle lagen van de maatschappij en het komt overal terug. Mensen die mij een beetje kennen, weten dat ik openbaar vervoer reiziger ben en misschien zelfs wel als echt liefhebber te boek sta (al doet met name Veolia er alles aan om mij die lol te ontnemen). In trein of bus kom ik tot rust en de extra tijd die een reis wel eens kan duren, wordt onderweg ingehaald: krant, tijdschrift of boek lezen, maar tevens de mogelijkheid om te werken, studeren of de digitale 'fanmail' te beantwoorden op Whatsapp, Twitter of Facebook. Dat hoeft dan thuis niet meer en daarmee win ik tijd. De laatste maanden zit ik echter toch vaker op de weg dan mij lief is. Telkens weer hoofdschuddend. Ik zie (vracht) auto's te vaak slingeren en kijk dan naar binnen. De chauffeur is dan met van alles bezig (telefoon, iets wat op de stoel naast hem/haar ligt of de kinderen op de achterbank), maar te weinig met de weg. "Dat moet een keer misgaan," denk ik dan. Bumperkleven, afsnijden, rechts inhalen of gewoon leuk en stoer doen: en dat allemaal voor een klein beetje tijdwinst of het tonen van oerdriften: ik ben beter, sneller, leuker dan jij. Elleboogje tegen de raam, andere hand plat op het stuur, beetje dom kijken en gaan met die banaan. Op weg naar een ongeluk.
We krijgen het ook met de paplepel ingegoten. Ja, ik kom met de dooddoeners van TV programma's. Het asociale gedrag bij (reallife) soaps wordt verheerlijkt. Negativisme, afzeiken en patserigheid zijn troef. Maatschappelijke losers worden helden. Ik zal wel als een ouwe lul klinken door te zeggen, dat het vroeger op scholen, kantoren (steeds vaker een ideale broedplaats voor slecht menselijk gedrag) en veel andere plekken toch iets rustiger was dan anno 2014. Alles moet kunnen. Alles moet mogen. Excessen zijn het gevolg. We apen gedrag van anderen na; zeker de oerdriften van de mens. Ook vanuit de sport en politiek leren we vooral hoe het niet moet. Kijk naar politici. De zogenaamde knappe koppen geven te vaak het slechte voorbeeld. Zoveel was afgelopen week wel weer duidelijk. Bij de afwikkeling van de nieuwe zorgwet was sprake van ouderwetse achterkamertjes politiek. Achter de schermen waren afspraken gemaakt en dan is er verontwaardiging als toch iemand voor zijn eigen normen en waarden kiest. Zaken waar de politicus voor staat en als mens over heeft nagedacht. Men heeft zich in de materie verdiept. Eigenschappen waardoor de moderne mens zich onderscheidt van dierlijke soorten en vroege voorouders.
Volgens mij ga je daarom de politiek in. Onderscheiden, informeren, nadenken, laten zien waar je voor staat. De juiste normen, waarden en idealen als voorbeeld geven. Niet om te konkelen of iemands reet te kussen (ook een uiting die past bij het oergedrag van de mens, al is het dan tegenwoordig meer figuurlijk), maar die laatstgenoemde bezigheden zijn in Den Haag een nationale sport geworden. En ondertussen maar denken dat het volk dom is. We liegen de kiezers voor met zoethoudertjes en als puntje bij paaltje komt, pakt het toch even anders uit. Er is bijna geen politicus meer te vinden die in Jip & Janneke taal kan uitleggen waarom iets wel of niet kan. Ze hebben één groot voordeel: het volk pikt het nog allemaal, maar ondertussen geven de dames en heren in Den Haag wel een schoolvoorbeeld van slecht grote mensengedrag. Geciviliseerde achterbaksheid zullen we dat dan maar noemen: liegen (zaken anders uitleggen, heet dat dan deftig), gekonkel en handjeklap zijn de norm. Alle redelijkheid is verdwenen. Hoe kunnen we verwachten dat het volk zich beter gedraagt? Veel mensen blijven kinderen. En je kunt kinderen alleen iets leren door het goede voorbeeld te geven. Niet door iets op te leggen, maar door het juiste voorbeeld te geven.
Afgelopen nacht was in Venlo een nog triester staaltje van asociaal oergedrag te vinden. Tijdens een R 'n B feestje in het plaatselijke poppodium liepen de zaken enigszins uit de hand. Voor de eerst keer in deze fraaie lokatie. Vechtpartijen na te veel drank, een te hoog testosterongehalte en machogedrag. Er schijnt met glaswerk plus flessen gegooid te zijn en de opstootjes gingen na afloop in de binnenstad verder. Ik ben sinds de opening in oktober al diverse malen in Grenswerk geweest. Op avonden dat de echte muziekliefhebber aanwezig was, bespeurde ik geen greintje agressie. Uit de periode dat ik zelf nog wekelijks op stap ging, weet ik dat het in de binnenstad vooral misging als ergens een etablissement werd geopend waar een dansvloer aanwezig was. "Zal binnenkort wel tikken zijn," zeiden we dan tegen elkaar. En jawel. Binnen een aantal weken was het bal. Ik wil hiermee niet beweren dat dansen tot agressie leidt. Maar ergens komt dan blijkbaar het oerinstinct van de mens los. Dames gaan mooi staan doen, de adrenaline en testosteron van bepaalde heren raakt op stoom en hupsakee: kassa. Jaloerse blikken en opmerkingen zijn voldoende om vervolgens de vuisten vrolijk rond te laten gaan. In al mijn naïviteit denk ik dan: R 'n B… dansvloertje… opzichtige dames plus een aantal heren met opgepompte spieren… Zou het? Niet de muziek die amuseert staat dan centraal, maar het oerinstinct. Jagen, pronken, bewaken, zien en gezien worden. De zogenaamd geciviliseerde mens verandert weer in een oermens. Nee, ik was er niet bij, maar kreeg wel wat informatie van ooggetuigen en in de basis zal ik er niet ver naast zitten.
Foto: Ruud Stikkelbroeck |
Gelukkig vond rond hetzelfde tijdstip in de Venlose binnenstad een moment plaats waar positieve waarden en normen zorgden voor veel oprechte, mooie emotie: Een paar honderd meter verder dan de onrust van de R 'n B party stonden spontaan respect en oprechte liefde centraal. De Franse kok Philippe Mattioni nam afscheid van zijn keuken, restaurant en gasten. Ruim dertig jaar geleden leerde hij Venlo kennis maken met zijn kookkunsten. Kookkunsten die toen bij de start nog vreemd waren. Maar de stad heeft deze sympathieke Fransoos en zijn culinaire aanpak omarmd. Dat was duidelijk bij het fraaie eerbetoon. Zeker 150 mensen verzamelden zich in de vroege nacht bij de ingang van het Franse restaurant voor een emotioneel eerbetoon.
Een toespraak van loco-burgemeester Vera Tax, een aantal toepasselijke liederen gezongen door lokale artiesten en vooral veel, heel veel respect voor deze warme persoonlijkheid. Wie Philippe kent, kan alleen maar van deze man houden. Altijd hartelijk, vriendelijk, amicaal en grappig. Een mens als Philippe zorgt ervoor dat oerdriften die dagelijks voor zoveel verwerpelijk gedrag zorgen, volledig vervagen bij mooi, eerlijk en oprecht menselijk gedrag. Het spontaan georganiseerde eerbetoon waarbij Mattioni en zijn vrouw Irmgard werden toegezongen, geknuffeld en gekust was tevens een goed voorbeeld om aan te tonen dat in deze steeds hardere tijden nog oog is voor de goedheid van de mens. De tranen bij Philippe en zijn vrouw waren oprecht. Ze kwamen van diep. Geen haantjesgedrag, competitiedrang of geciviliseerde achterbaksheid. Nee, louter oprechte emotie bij twee mooi mensen en de velen die hen een warm hart toedragen; in de afgelopen dertig jaar, gisteravond en tot in de lengte van jaren. Philippe is veur altied eine Venlonaer.
zaterdag 20 december 2014
Surrogaatdag
Het is weer de zaterdag voor kerst. Dat betekent tijd voor een traditie. Dit jaar echter niet voor mij. Althans een groot deel van deze fraaie traditie - waar ik een jaar geleden dit blog over schreef - moest ik aan mij voorbij laten gaan.
Al meer dan twintig jaar bezoeken we met een vast genootschap tijdens de kerstvakantie Keulen. Sinds 1998 is de zaterdag voor kerst de vaste dag waarop we deze stad bezoeken. Daar discussiëren we niet over. Deze dag staat! 19 december 2015 is alweer met rood omcirkeld in de agenda. Afgelopen week moest ik echter besluiten om door de hier eerder aangehaalde redenen het dagprogramma over te slaan. Mijn broer en ik zijn van mening dat onze moeder iedere dag minimaal één van ons twee moet zien; zeker zolang ze op de huidige locatie - noem het gerust de hel - verblijft. Dat besluit nam ik zonder twijfel en met alle liefde.
Een essentieel onderdeel van het programma dat normaliter in Keulen wordt afgewerkt - het nuttigen van echte Duitse broodjes, een wandeling door een enigszins louche, maar oh zo bijzondere Turkse wijk plus het bezoeken van een grote cd-winkel - deed ik vanmorgen in mijn eigen Venlo. Ja, het is een surrogaat, noem het gerust een slap aftreksel, maar het is even niet anders. Alle dagen van 2014 leken in mijn geval al zoveel op elkaar dus deze traditionele dag wilde ik nog enigszins een passend en afwijkend tintje geven. In plaats van de Turkse wijk in Keulen bezocht ik vanmorgen de weekmarkt in de Duitse hoek van Venlo, slenterde over de Maaskade en door Q4; de wijk waar diverse eettentjes - in beheer van mensen uit verre oorden - gevestigd zijn en besloot in die omgeving een echt Duits Frühstück te nemen. Er waren diverse opties om een aantal broodjes te eten- je struikelt er bijna over de borden met teksten als 'frühstuck nur 5 euro' - maar ik koos bewust voor een zaak met enig cachet: Prins Bernhard. Een etablissement waar mijn ouders ooit op de bovenverdieping hun bruiloftsfeest vierden. Een stukje familiehistorie dat steeds belangrijker wordt. Het is dus tevens een geciviliseerde eetgelegenheid. Dit in tegenstelling tot andere aanbieders van een goedkoop Duits ontbijt.
Het aanvullen van de cd-collectie was ooit de reden waarom deze groep muziekliefhebbers ieder jaar de stad Keulen bezoekt. Dat onderdeel mocht dus zeker niet tijdens dit ochtendprogramma ontbreken. Aan het einde van het jaar vullen de aankopen van deze zaterdag voor kerst de hiaten in de eigen collectie. Het zijn albums die in het betreffende jaar nog niet zijn aangeschaft of klassiekers uit de rijke historie van de popmuziek. Dit jaar vond deze snuffeltocht voor mij dus plaats bij Sounds. Er zijn minder goede locaties te bedenken. Ik zocht deze dag vooral die missende klassiekers uit de popmuziek en stuitte - zoals dat bij een echte snuffeltocht hoort - ook op een aantal verrassingen.
Wat voor velen als een rare invulling van deze zaterdagochtend mag klinken, was voor mij essentieel. Tradities zijn belangrijk. Maar nood breekt wetten…. en zelfs ook tradities. Deze zaterdag voor kerst is een heilige dag en door deze kleine eigen invulling eraan te geven, bleef ook voor mij deze bijzondere traditie een beetje in stand. Al was alles dan surrogaat; het was weer eens iets anders. Vanmiddag volgde het bezoek aan de plek die ik al ruim tien maanden dagelijks bezoek.
Voor het avondprogramma sluit ik weer aan als de troepen terugkeren uit de Duitse Domstad. Dan ben ik weer onderdeel van de traditie. De culinaire invulling in eigen stad plus de vaste afsluiting in de woonkamer van mijn broer met sigaren en wijn zijn net zo belangrijk voor dit genootschap als het dagprogramma. Het avondprogramma van deze traditionele zaterdag voor kerst is dan ook voor mij geen surrogaat meer. Volgend jaar weer gewoon mee naar Keulen. Althans, dat mag ik hopen. Want inmiddels is wel duidelijk dat niets in het leven zeker en vanzelfsprekend is. Zelfs de meest vaste tradities niet. Daar stond ik vandaag vaak genoeg bij stil.
Rob
Al meer dan twintig jaar bezoeken we met een vast genootschap tijdens de kerstvakantie Keulen. Sinds 1998 is de zaterdag voor kerst de vaste dag waarop we deze stad bezoeken. Daar discussiëren we niet over. Deze dag staat! 19 december 2015 is alweer met rood omcirkeld in de agenda. Afgelopen week moest ik echter besluiten om door de hier eerder aangehaalde redenen het dagprogramma over te slaan. Mijn broer en ik zijn van mening dat onze moeder iedere dag minimaal één van ons twee moet zien; zeker zolang ze op de huidige locatie - noem het gerust de hel - verblijft. Dat besluit nam ik zonder twijfel en met alle liefde.
Het aanvullen van de cd-collectie was ooit de reden waarom deze groep muziekliefhebbers ieder jaar de stad Keulen bezoekt. Dat onderdeel mocht dus zeker niet tijdens dit ochtendprogramma ontbreken. Aan het einde van het jaar vullen de aankopen van deze zaterdag voor kerst de hiaten in de eigen collectie. Het zijn albums die in het betreffende jaar nog niet zijn aangeschaft of klassiekers uit de rijke historie van de popmuziek. Dit jaar vond deze snuffeltocht voor mij dus plaats bij Sounds. Er zijn minder goede locaties te bedenken. Ik zocht deze dag vooral die missende klassiekers uit de popmuziek en stuitte - zoals dat bij een echte snuffeltocht hoort - ook op een aantal verrassingen.
Wat voor velen als een rare invulling van deze zaterdagochtend mag klinken, was voor mij essentieel. Tradities zijn belangrijk. Maar nood breekt wetten…. en zelfs ook tradities. Deze zaterdag voor kerst is een heilige dag en door deze kleine eigen invulling eraan te geven, bleef ook voor mij deze bijzondere traditie een beetje in stand. Al was alles dan surrogaat; het was weer eens iets anders. Vanmiddag volgde het bezoek aan de plek die ik al ruim tien maanden dagelijks bezoek.
Voor het avondprogramma sluit ik weer aan als de troepen terugkeren uit de Duitse Domstad. Dan ben ik weer onderdeel van de traditie. De culinaire invulling in eigen stad plus de vaste afsluiting in de woonkamer van mijn broer met sigaren en wijn zijn net zo belangrijk voor dit genootschap als het dagprogramma. Het avondprogramma van deze traditionele zaterdag voor kerst is dan ook voor mij geen surrogaat meer. Volgend jaar weer gewoon mee naar Keulen. Althans, dat mag ik hopen. Want inmiddels is wel duidelijk dat niets in het leven zeker en vanzelfsprekend is. Zelfs de meest vaste tradities niet. Daar stond ik vandaag vaak genoeg bij stil.
Rob
vrijdag 19 december 2014
De volgende stap : Het Amerika blog
Net zoals in december 2013 schrijf ik ook dit jaar op deze plek elke dag een stukje. En daarna? Ja, ook daarover is al nagedacht. Dan is de bedoeling om mijn Amerikablog weer alle aandacht te geven. Of dat dagelijks gaat lukken weet ik nu nog niet. Door alle hectiek heb ik het afgelopen jaar het nieuws in de USA niet heel intens gevolgd. Het is dus eerst zaak om er de komende twee weken weer even in te komen. De verdieping te zoeken, zoals dat dan zo fraai heet. Maar ik kijk er wel naar uit. Het is een mooie uitdaging.
Sinds 1 december schrijf ik hier dus dagelijks persoonlijke stukjes. Stukjes die gaan over zaken die zich in mijn leven afspelen, mij bezighouden of mij opvallen in de wereld om mij heen. Dit is wel redelijk succesvol. Tenminste voor mijn gevoel. Nee, er zijn geen duizenden mensen die hier dagelijks terugkeren, maar met aantallen variërend tussen enkele tientallen tot ruim tweehonderd bezoekers per dag mag ik over belangstelling op deze plek niet klagen. De reden van dit kleine succesje? Geen idee. De persoonlijke verhalen spreekt mensen misschien aan.
Maar goed, op 31 december komt er weer een einde aan dit dagelijks stukje persoonlijke verhalen. Nee, ze verdwijnen niet volledig. De blogs zullen op deze plaats blijven bestaan. Minder frequent, maar het is té leuk om het niet te doen. Ik moet overigens bezig blijven met dit fenomeen want inmiddels heeft Omroep Venlo Radio mij benaderd of ik op bepaalde momenten een blog wil komen voorlezen. Ik word dus een soort Jan van Veen. Hoe vaak ik dat ga doen (het zal sowieso op de late zaterdagmiddag zijn) is nog niet bekend, maar ik heb zelf een voorkeur voor één keer per maand. Om te beginnen en te bekijken hoe het van beide kanten bevalt. Hoe zoiets gaat uitpakken? Geen idee. Het zijn soms flinke lappen tekst die hier geplaatst worden. Daarin schuilt het gevaar want het moet voor luisteraars wel boeiend blijven.
Maar ik wil op hobbymatige wijze actief met schrijven bezig blijven. Dat kan via genoemde blogs, maar ik zoek dus de uitdaging om me weer te verdiepen in de Verenigde Staten. Ja, dat is een uitdaging. De muzikale verhalen zijn het meest eenvoudig om te maken. De persoonlijke verhalen zitten in mij en ontstaan vaak ook relatief snel. Om een goed en onderscheidend stuk over de actualiteit in de Verenigde Staten te schrijven is het noodzakelijk veel te lezen in de Amerikaanse kranten en tijdschriften, de nieuwsuitzendingen van de grote networks te volgen en bepaalde websites frequent te bezoeken. De eerste weken zal het zeker weer even lastig zijn. Maar daarin zit voor mij dus juist de uitdaging.
Hierboven staat niet voor niets de foto van het Witte Huis. Natuurlijk is het één van de meest bekende symbolen van dit land. Maar ik gebruikte deze foto ook tijdens mijn slotpresentatie bij de 1-jarige HBO businessopleiding voor creatieve geesten. Daarin kregen wij als freelancers en kleine zelfstandigen een jaar lang onderwijs over het maken van een bedrijfsplan en je eigen toekomstvisie. Het is dan 2008 en ik heb dan nog het idee om Amerikacorrespondent te worden. Dat was mijn doel en droom. Eerlijk gezegd weet ik niet eens meer of ik echt het wilde idee had om in het land zelf te gaan werken, maar een deel van dat doel staat nog altijd recht overeind. Nog altijd is er de hoop en droom om - al is het maar af en toe - op professionele wijze artikelen over de Verenigde Staten te schrijven.
Tijdens de verkiezingen van 2012 blogde ik intensief. Een aantal van die artikelen werden toen overgenomen door een landelijke site. Er zal dus wel iets goed aan zijn geweest. Of het Amerikablog net zoveel gelezen wordt als dit persoonlijke blog betwijfel ik, maar het gaat er meer om dat de juiste mensen het lezen. Niet iedereen is geïnteresseerd in de politieke, maatschappelijke en culturele ontwikkelingen in dat land. Een aantal artikelen van eerder dit jaar zijn nog op dit blog te vinden. Klik hier voor een indruk.
Een aantal jaren geleden volgde ik de opleiding American Studies aan de Universiteit Nijmegen. Dat werd door de combinatie met mijn dagelijkse werk als journalist geen succes. Ergens leeft er nog iets in mij om het weer op te pakken. Daarover schreef ik op 7 februari van dit jaar al een uitgebreid verhaal. De gebeurtenissen van de afgelopen tien maanden zorgde ervoor dat ik mijzelf (inclusief doelen, wensen en dromen) op het tweede plan moest zetten. Door mij nu weer uitgebreider in het bijzondere land te verdiepen en stukken te gaan schrijven hoop ik dat het weer een aanzet is tot een succesvoller vervolg. Op welke manier dan ook.
Rob
donderdag 18 december 2014
De dag van vandaag
Ook verleden jaar zal er tijdens mijn serie dagelijkse blogs in december zo'n dag als vandaag zijn geweest. Zo'n dag waar ergens in de avonduren het moment komt, waarbij je als blogger denkt: waar moet ik het vandaag in hemelsnaam over hebben? Ja, er gebeurt voldoende in de wereld, maar ik wil er eigenlijk geen politiek of maatschappelijk blog van maken. Het moet vooral persoonlijk blijven en dus grotendeels over mijn wereld gaan.
Zijn de ideeën dan op? Nee hoor, morgen waarschijnlijk weer voldoende inspiratie. Gebeurde er vandaag dan niets? Neuh, integendeel. Het was zelfs een hectische dag. Misschien schuilt daar wel even het probleem. Constant jakkeren, hollen, vliegen, van afspraak naar volgende verplichting. Het hoofd krijgt geen rust. En een schrijver denkt graag in alle rust. Daar geven dagen als deze te weinig ruimte voor.
Een dag die begon bij mijn accountant. Toen ik zijn spreekkamer betrad, voelde ik me weer even een schooljongen wiens werkstuk werd beoordeeld. Ik was daar voor de jaarcijfers. "Tjaaaa… ," zo startte de accountant terwijl zowel hij als ik plaats namen op de stoeltjes. "Zo begonnen mijn docenten in het verleden dit soort gesprekken ook vaak," dacht ik. We leven echter in het heden en zakelijk gezien loopt alles naar wens. De rest van zijn boodschap klonk dan ook positief. "We mogen weer tevreden zijn he," zo vervolgde de beste man zijn uitleg met een sinister lachje en pretoogjes. De uitleg die daarna volgde over het boekje vol cijfers dacht ik weer te volledig te begrijpen, maar dat vermoeden leefde een jaar geleden ook in mij. Niets is minder waar. Even later ben ik het weer kwijt. In mij leeft geen passie voor cijfers. Toen ik de spreekkamer verliet, volgden nog een aantal tips over allerlei kosten en posten. Eenmaal buiten, dacht ik aan Ebeneezer Scrooge. Nee, er is geen uiterlijk of innerlijk vergelijk met mijn vriendelijke accountant, maar mensen die de hele dag met cijfers bezig zijn, is een ander type mens dan iemand als ik die continu met woorden, zinnen, verhalen en denkprocessen bezig is.
Ik zag beelden uit A Christmas Carol voor me. Het kantoor van Scrooge en dacht ook aan kerst. Het feest dat dit jaar maar niet tot mij door wil dringen. Geen boom in huis. Geen zin in. De doos met versiering staat op dezelfde plek waar ik het anderhalve week geleden plaatste. Het kerstgevoel dringt maar niet tot mij door. Ik leef mijn leven zonder na te denken of misschien wel juist te veel na te moeten denken. Soms hoor ik ergens een kersthit voorbij komen. Heel af en toe als ik door het donker rijdt, zie ik de lichtjes in de sfeervol versierde huizen, maar het komt niet bij mij binnen. Mijn gedachten dwalen te vaak af naar andere zaken die mij al het hele jaar bezig houden en die ook nu gewoon doorgaan. Het is mijn eigen werk en de zorg voor dat lieve mens. Al tien maanden. Dag in, dag uit zijn dat bijna de enige items in mijn leven. En ergens maar blijven hopen op verandering. Een snelle verandering.
Na de accountant bezocht ik het stadsarchief om historische info voor een artikel te zoeken. Daar vond ik niet snel wat ik hoopte te vinden. En waar deze inspirerende plek mij tijdens onderzoek normaal gesproken altijd een paar uurtjes rust biedt, gierde ook nu de onrust door mijn lijf. Ik moest weer verder. Wat afspraken voor januari regelen. Een snelle lunch en op naar de volgende ontmoeting. Nu met een zorgconsulent die ons wil begeleiden in het compleet gestoorde en niet te volgen traject rondom onze moeder. Een zorgconsulent. Kon wel eens hét beroep van de toekomst worden. Mensen krijgen telkens en steeds vaker met zoveel ongein te maken dat professionele begeleiding steeds noodzakelijker wordt. Een trajectbegeleidster sprak recentelijk tegen ons de woorden: "Jongens, ik heb ook echt geen idee meer waar ik het nog moet zoeken. Ook ik loop nu overal tegen muren aan." Wij zelf hebben inmiddels het gevoel compleet murw te zijn geslagen. Daarom is het goed een professional te zoeken die in dit web de weg weet en er met een frisse blik tegenaan kijkt. Want fris… nee dat zijn mijn broer en ik na tien maanden vol strijd en discussies niet meer. Nog wel strijdlustig. Op weg naar huis woedde er weer veel boosheid in mij. Ik had de zorgconsulent ons verhaal vertelt en de film kwam daardoor weer terug. Die film van ruim tien maanden onrecht, leugens, onbeschoft gedrag, intimidatie en onmenselijkheid. Door het te vertellen, was er weer iets in mij naar boven gekomen dat ik eigenlijk diep had weggestopt.
Een paar telefoontjes, wat speurwerk, een paar licht cynische mailtjes met enige irritatie naar de boosdoeners van de afgelopen maanden, een snelle hap uit de oven en weer hop … naar de plek des onheils. Die plek waar we inmiddels spreken van geestelijke mishandeling in plaats van behandeling. Maar de stralende lach van moeder bij binnenkomst zorgt er voor dat je weer even alle sores vergeet. Alleen ging haar lach vandaag gepaard met dikke tranen van verdriet. "Ja mishandeling," dacht ik. "Dat gebeurt hier. Pure mishandeling." Op de weg naar huis spraken mijn broer en ik over 'de feestdagen'. Hoe pakken we het aan? Wat doen we met kerstavond, die dagen erna en oudjaarsdag? Als er dit jaar nog een wonder gebeurt, moet het morgen gebeuren. Anders vieren we kerst op een bijzonder vreemde plek. Nou ja vieren… we maken er het beste van.
En zo zit ik op deze dag zonder inspiratie toch vooral weer over dat zelfde onderwerp te vertellen. Het is een dagelijks ritueel; dus an sich is dat niet zo vreemd. Behalve dat het gevoel van kerstmis ontbreekt, is er door de hectiek ook geen gevoel van een echte kerstvakantie. Het lijkt de laatste dagen zelfs drukker. We doen het er maar mee. Morgen toch maar weer een echt onderwerp verzinnen voor ik begin met schrijven.
Rob
Zijn de ideeën dan op? Nee hoor, morgen waarschijnlijk weer voldoende inspiratie. Gebeurde er vandaag dan niets? Neuh, integendeel. Het was zelfs een hectische dag. Misschien schuilt daar wel even het probleem. Constant jakkeren, hollen, vliegen, van afspraak naar volgende verplichting. Het hoofd krijgt geen rust. En een schrijver denkt graag in alle rust. Daar geven dagen als deze te weinig ruimte voor.
Een dag die begon bij mijn accountant. Toen ik zijn spreekkamer betrad, voelde ik me weer even een schooljongen wiens werkstuk werd beoordeeld. Ik was daar voor de jaarcijfers. "Tjaaaa… ," zo startte de accountant terwijl zowel hij als ik plaats namen op de stoeltjes. "Zo begonnen mijn docenten in het verleden dit soort gesprekken ook vaak," dacht ik. We leven echter in het heden en zakelijk gezien loopt alles naar wens. De rest van zijn boodschap klonk dan ook positief. "We mogen weer tevreden zijn he," zo vervolgde de beste man zijn uitleg met een sinister lachje en pretoogjes. De uitleg die daarna volgde over het boekje vol cijfers dacht ik weer te volledig te begrijpen, maar dat vermoeden leefde een jaar geleden ook in mij. Niets is minder waar. Even later ben ik het weer kwijt. In mij leeft geen passie voor cijfers. Toen ik de spreekkamer verliet, volgden nog een aantal tips over allerlei kosten en posten. Eenmaal buiten, dacht ik aan Ebeneezer Scrooge. Nee, er is geen uiterlijk of innerlijk vergelijk met mijn vriendelijke accountant, maar mensen die de hele dag met cijfers bezig zijn, is een ander type mens dan iemand als ik die continu met woorden, zinnen, verhalen en denkprocessen bezig is.
Ik zag beelden uit A Christmas Carol voor me. Het kantoor van Scrooge en dacht ook aan kerst. Het feest dat dit jaar maar niet tot mij door wil dringen. Geen boom in huis. Geen zin in. De doos met versiering staat op dezelfde plek waar ik het anderhalve week geleden plaatste. Het kerstgevoel dringt maar niet tot mij door. Ik leef mijn leven zonder na te denken of misschien wel juist te veel na te moeten denken. Soms hoor ik ergens een kersthit voorbij komen. Heel af en toe als ik door het donker rijdt, zie ik de lichtjes in de sfeervol versierde huizen, maar het komt niet bij mij binnen. Mijn gedachten dwalen te vaak af naar andere zaken die mij al het hele jaar bezig houden en die ook nu gewoon doorgaan. Het is mijn eigen werk en de zorg voor dat lieve mens. Al tien maanden. Dag in, dag uit zijn dat bijna de enige items in mijn leven. En ergens maar blijven hopen op verandering. Een snelle verandering.
Na de accountant bezocht ik het stadsarchief om historische info voor een artikel te zoeken. Daar vond ik niet snel wat ik hoopte te vinden. En waar deze inspirerende plek mij tijdens onderzoek normaal gesproken altijd een paar uurtjes rust biedt, gierde ook nu de onrust door mijn lijf. Ik moest weer verder. Wat afspraken voor januari regelen. Een snelle lunch en op naar de volgende ontmoeting. Nu met een zorgconsulent die ons wil begeleiden in het compleet gestoorde en niet te volgen traject rondom onze moeder. Een zorgconsulent. Kon wel eens hét beroep van de toekomst worden. Mensen krijgen telkens en steeds vaker met zoveel ongein te maken dat professionele begeleiding steeds noodzakelijker wordt. Een trajectbegeleidster sprak recentelijk tegen ons de woorden: "Jongens, ik heb ook echt geen idee meer waar ik het nog moet zoeken. Ook ik loop nu overal tegen muren aan." Wij zelf hebben inmiddels het gevoel compleet murw te zijn geslagen. Daarom is het goed een professional te zoeken die in dit web de weg weet en er met een frisse blik tegenaan kijkt. Want fris… nee dat zijn mijn broer en ik na tien maanden vol strijd en discussies niet meer. Nog wel strijdlustig. Op weg naar huis woedde er weer veel boosheid in mij. Ik had de zorgconsulent ons verhaal vertelt en de film kwam daardoor weer terug. Die film van ruim tien maanden onrecht, leugens, onbeschoft gedrag, intimidatie en onmenselijkheid. Door het te vertellen, was er weer iets in mij naar boven gekomen dat ik eigenlijk diep had weggestopt.
Een paar telefoontjes, wat speurwerk, een paar licht cynische mailtjes met enige irritatie naar de boosdoeners van de afgelopen maanden, een snelle hap uit de oven en weer hop … naar de plek des onheils. Die plek waar we inmiddels spreken van geestelijke mishandeling in plaats van behandeling. Maar de stralende lach van moeder bij binnenkomst zorgt er voor dat je weer even alle sores vergeet. Alleen ging haar lach vandaag gepaard met dikke tranen van verdriet. "Ja mishandeling," dacht ik. "Dat gebeurt hier. Pure mishandeling." Op de weg naar huis spraken mijn broer en ik over 'de feestdagen'. Hoe pakken we het aan? Wat doen we met kerstavond, die dagen erna en oudjaarsdag? Als er dit jaar nog een wonder gebeurt, moet het morgen gebeuren. Anders vieren we kerst op een bijzonder vreemde plek. Nou ja vieren… we maken er het beste van.
En zo zit ik op deze dag zonder inspiratie toch vooral weer over dat zelfde onderwerp te vertellen. Het is een dagelijks ritueel; dus an sich is dat niet zo vreemd. Behalve dat het gevoel van kerstmis ontbreekt, is er door de hectiek ook geen gevoel van een echte kerstvakantie. Het lijkt de laatste dagen zelfs drukker. We doen het er maar mee. Morgen toch maar weer een echt onderwerp verzinnen voor ik begin met schrijven.
Rob
woensdag 17 december 2014
Ouwe lullen bandjes kijken - Deel 3
2015 wordt in ieder geval een goed concertjaar. Dat mag ik inmiddels wel stellen. Het nieuwe jaar moet nog beginnen, maar nu al heb ik een aantal tickets in bezit waar je als liefhebber van het Classic Rock genre spontaan van begint te kwijlen. Kaarten voor The Who, U2, KISS, Fleetwood Mac, Judas Priest en AC/DC zijn al binnen. Het kan alleen nog maar mooier worden. Al ben ik met deze score al meer dan content.
Vanmorgen startte de voorverkoop voor AC/DC. Binnen 20 minuten waren alle 33.000 tickets voor het optreden op 5 mei in de Gelredome uitverkocht. Net zoals bij U2 de afgelopen week visten ook nu veel fans achter het net. Ik had het geluk direct de eerste seconde 'er al doorheen' te zijn, zoals dat dan zo mooi heet. Drie staanplaatsen voor twee vrienden en ondergetekende en hupsakee… er is weer een dag in mijn agenda van 2015 met rood omcirkeld bijgekomen. Bovendien maakte Grenswerk vandaag bekend dat het één van Nederlands beste live-acts heeft vastgelegd: De Dijk. Ook bij het Venlose poppodium staan voor mij een aantal mooie liveshows op het programma: De Staat, DeWolff, Myles Sanko, Bongo Botrako en vele anderen zullen een belangrijke bijdrage leveren aan mijn muzikale invulling voor 2015. Bij voorbaat dank daarvoor. Muziek was mijn eerste hobby en is nu nog steeds een passie die eigenlijk steeds verder groeit. Pas geleden kwam het bekende verhaal weer voorbij. De 4-jarige Rob was kwijt, spoorloos, nergens te vinden. En dat in een periode dat in Venlo een Duits meisje was verdwenen. Nooit meer gevonden overigens. Alles en iedereen aan het thuisfront in rep en roer. De klanten in de kapsalon van mijn vader bleven wachten; iedereen zocht mee. "Ik dacht dat ik een verschijning zag," zo heeft mijn moeder vaak verteld. Als een wijsneus met mijn handen op de rug wandelde ik de Hema uit. Mij niet bewust van de hectiek in het ouderlijk huis. Ook bij de Hema verkochten ze toen nog elpees en ik had besloten die middag alle platenzaken in de Venlose binnenstad met een bezoek te vereren. Die platenzaken waren er toen nog voldoende. Dus dat verklaart mijn urenlange afwezigheid.
Het zit dus in mij. En het is - plus waarschijnlijk mijn passie voor de Verenigde Staten - de enige hobby die ik mij door niets of niemand laat afpakken. Vanzelfsprekend waren daar vandaag na de kaartverkoop van AC/DC op de sociale media weer de discussies over de hoge ticketprijzen. Laat ik voorop stellen dat ik die mening deel. Ze zijn inderdaad behoorlijk hoog. Alleen: ik weet het inmiddels wel en ben voorbereid. Wie acts als AC/DC, U2, Fleetwood Mac of wie dan ook uit de 'Champions League categorie van de popmuziek' wil bekijken, lukt dat met de beste wil van de wereld niet meer voor vier of vijf tientjes (O.K, U2 biedt een aantal kaarten met beperkt zicht voor 33 euro aan). Die hoge prijzen zijn er al sinds de invoering van de euro. Ik verbaas me er telkens weer over dat mensen toch nog lagere prijzen verwachten. Zoals gezegd: het mag van mij ook goedkoper. Maar zolang concerten van deze wereldacts in recordtijd uitverkocht raken, zal de prijs echt niet dalen. Blijkbaar is een hele grote groep nog wel bereid deze prijzen te betalen. Natuurlijk heb ik ook mijn grenzen. En die grens ligt ongeveer wel bij deze prijscategorie. Ja daar kan voor mijn allergrootste favorieten wel eens een tientje of twee bij komen, maar dan houdt het ook echt op.
Mensen verbazen zich daar wel eens over. Al jaren hoor ik in mijn omgeving anderen vaak vragen als ze horen dat ik naar een optreden van een wereldact ben geweest: "Heb jij de staatsloterij gewonnen?" Euh nee. Een mooi voorbeeld deed zich een jaar of twee geleden voor. Ik wandelde op een late zomeravond langs de terrasjes over de Venlose Parade. Een kennis riep mij: "Kom je weer van een concert af,"zo vroeg hij met een lach. Terwijl ik naar hem toe liep, zei hij tegen zijn vriendin de bekende cliché-uitspraak: "Die gaat echt overal naar toe." Natuurlijk moest ik weer zeggen dat het wel mee viel en dat het gemiddeld tot één liveshow per maand beperkt blijft en die waren echt niet allemaal uit de hoogste prijscategorie, maar nog vonden de twee mij maar verdacht rijk. "Je bent toch telkens een eurootje of 80 kwijt," zei de vriendin terwijl ze een nieuwe sigaret opstak. "Wil je nog wat drinken," vroeg de jongen aan mij, terwijl hij zelf al duidelijk aangeschoten was. "Nee, dank je. Ik ga naar huis," zo luidde mijn antwoord. "Hoeveel sigaretjes gaan er zo doorheen," vroeg ik aan het meisje. "Oh, zeker één pakje per dag," klonk het lachend. "En nog wekelijks op stap," vroeg ik aan de jongen. Hij lachte. "Niet iedere week, maar zomers wel twee, drie keer in de week. Hahaha." Ik liep weg, tikte tegen het pakje sigaretten van het meisje en tegen het glas van de jongen en zei lachend: "Goh, zijn jullie miljonair of zo?" Of ze de hint begrepen, weet ik niet.
Een paar weken voor carnaval 2012 scoorde ik tickets voor twee shows van Bruce Springsteen. Daar kwam die bekende vraag weer. "Komt het bij jou met bakken naar binnen? Wat kost dat wel niet." Het meisje dat dit vroeg kwam bij de kapper naar buiten gelopen. Ja, ze zag er fantastisch uit. "Je gaat vanavond naar het Hofbal vroeg ik.(Voor niet kenners. De tickets van dit galabal kosten een eurootje of 60 zonder drank.) "Ja," zei ze trots. "Ah, dus ook vast een duur jurkje gekocht," vroeg ik nieuwsgierig. "Jaaaaahhh," klonk het enthousiast en ik kreeg een verleidelijke knipoog. "Mijn vriend wil graag vanavond met mij pronken he. Dus elk jaar een nieuw jurkje voor het Hofbal hoort erbij." Ik werd nieuwsgierig. "Nog meer activiteiten dit carnavalseizoen op het programma." Ze keek mij verbaasd aan ."Ja hallo. Vanzelfsprekend. Morgen alweer naopraote en natuurlijk vijf dagen met vastelaovend zelf en volgens mij hebben we nog links en rechts wat leuke avonden voor het feest echt begint. Ik heb er zoveel zin in."
Ze had haast. "Ik moet weg. We gaan vanavond eerst nog uiteten voor het Hofbal begint." Ik dacht: "Zal ik dezelfde vraag stellen die ze een paar minuten geleden aan mij stelde? Ach, laat ze lekker genieten. Dit is hun ding. Ik doe het mijne en maak me er niet druk om wat anderen doen. Ik ga er vanuit dat iedereen zijn eigen financiën goed onder controle heeft en weet wat hij/zij doet. De een eet graag en vaak lekker buiten de deur, de ander wil wekelijks op stap, weer een ander wil een kast vol met nieuwe mode. Zo heeft ieder zijn passie. Lekker toch. En we doen er allemaal niemand kwaad mee. Zeker een eenvoudige muziekliefhebber als ik niet. Bovendien luidt een bekend spreekwoord: 'Een goede hobby kost geld.' De muziek is mijn kick. En nog een paar keer genieten van die ouwe lullen bandjes vind ik heerlijk. Drank heb ik daarbij in ieder geval niet nodig om mij te amuseren.
Het leukste blijf ik toch de mensen vinden die de ene sigaret met de ander aansteken en klagen over hun financiële situatie. Kosten van die hobby? Ongeveer 50 euro in de week. Dat is toch snel 2500 euro op jaarbasis. Daar kun je echt veel mee doen, zo lijkt mij. Om te beginnen een betere gezondheid creëren. Maar zoals gezegd: ik bemoei me daar niet mee.
Rob
Vanmorgen startte de voorverkoop voor AC/DC. Binnen 20 minuten waren alle 33.000 tickets voor het optreden op 5 mei in de Gelredome uitverkocht. Net zoals bij U2 de afgelopen week visten ook nu veel fans achter het net. Ik had het geluk direct de eerste seconde 'er al doorheen' te zijn, zoals dat dan zo mooi heet. Drie staanplaatsen voor twee vrienden en ondergetekende en hupsakee… er is weer een dag in mijn agenda van 2015 met rood omcirkeld bijgekomen. Bovendien maakte Grenswerk vandaag bekend dat het één van Nederlands beste live-acts heeft vastgelegd: De Dijk. Ook bij het Venlose poppodium staan voor mij een aantal mooie liveshows op het programma: De Staat, DeWolff, Myles Sanko, Bongo Botrako en vele anderen zullen een belangrijke bijdrage leveren aan mijn muzikale invulling voor 2015. Bij voorbaat dank daarvoor. Muziek was mijn eerste hobby en is nu nog steeds een passie die eigenlijk steeds verder groeit. Pas geleden kwam het bekende verhaal weer voorbij. De 4-jarige Rob was kwijt, spoorloos, nergens te vinden. En dat in een periode dat in Venlo een Duits meisje was verdwenen. Nooit meer gevonden overigens. Alles en iedereen aan het thuisfront in rep en roer. De klanten in de kapsalon van mijn vader bleven wachten; iedereen zocht mee. "Ik dacht dat ik een verschijning zag," zo heeft mijn moeder vaak verteld. Als een wijsneus met mijn handen op de rug wandelde ik de Hema uit. Mij niet bewust van de hectiek in het ouderlijk huis. Ook bij de Hema verkochten ze toen nog elpees en ik had besloten die middag alle platenzaken in de Venlose binnenstad met een bezoek te vereren. Die platenzaken waren er toen nog voldoende. Dus dat verklaart mijn urenlange afwezigheid.
Het zit dus in mij. En het is - plus waarschijnlijk mijn passie voor de Verenigde Staten - de enige hobby die ik mij door niets of niemand laat afpakken. Vanzelfsprekend waren daar vandaag na de kaartverkoop van AC/DC op de sociale media weer de discussies over de hoge ticketprijzen. Laat ik voorop stellen dat ik die mening deel. Ze zijn inderdaad behoorlijk hoog. Alleen: ik weet het inmiddels wel en ben voorbereid. Wie acts als AC/DC, U2, Fleetwood Mac of wie dan ook uit de 'Champions League categorie van de popmuziek' wil bekijken, lukt dat met de beste wil van de wereld niet meer voor vier of vijf tientjes (O.K, U2 biedt een aantal kaarten met beperkt zicht voor 33 euro aan). Die hoge prijzen zijn er al sinds de invoering van de euro. Ik verbaas me er telkens weer over dat mensen toch nog lagere prijzen verwachten. Zoals gezegd: het mag van mij ook goedkoper. Maar zolang concerten van deze wereldacts in recordtijd uitverkocht raken, zal de prijs echt niet dalen. Blijkbaar is een hele grote groep nog wel bereid deze prijzen te betalen. Natuurlijk heb ik ook mijn grenzen. En die grens ligt ongeveer wel bij deze prijscategorie. Ja daar kan voor mijn allergrootste favorieten wel eens een tientje of twee bij komen, maar dan houdt het ook echt op.
Mensen verbazen zich daar wel eens over. Al jaren hoor ik in mijn omgeving anderen vaak vragen als ze horen dat ik naar een optreden van een wereldact ben geweest: "Heb jij de staatsloterij gewonnen?" Euh nee. Een mooi voorbeeld deed zich een jaar of twee geleden voor. Ik wandelde op een late zomeravond langs de terrasjes over de Venlose Parade. Een kennis riep mij: "Kom je weer van een concert af,"zo vroeg hij met een lach. Terwijl ik naar hem toe liep, zei hij tegen zijn vriendin de bekende cliché-uitspraak: "Die gaat echt overal naar toe." Natuurlijk moest ik weer zeggen dat het wel mee viel en dat het gemiddeld tot één liveshow per maand beperkt blijft en die waren echt niet allemaal uit de hoogste prijscategorie, maar nog vonden de twee mij maar verdacht rijk. "Je bent toch telkens een eurootje of 80 kwijt," zei de vriendin terwijl ze een nieuwe sigaret opstak. "Wil je nog wat drinken," vroeg de jongen aan mij, terwijl hij zelf al duidelijk aangeschoten was. "Nee, dank je. Ik ga naar huis," zo luidde mijn antwoord. "Hoeveel sigaretjes gaan er zo doorheen," vroeg ik aan het meisje. "Oh, zeker één pakje per dag," klonk het lachend. "En nog wekelijks op stap," vroeg ik aan de jongen. Hij lachte. "Niet iedere week, maar zomers wel twee, drie keer in de week. Hahaha." Ik liep weg, tikte tegen het pakje sigaretten van het meisje en tegen het glas van de jongen en zei lachend: "Goh, zijn jullie miljonair of zo?" Of ze de hint begrepen, weet ik niet.
Een paar weken voor carnaval 2012 scoorde ik tickets voor twee shows van Bruce Springsteen. Daar kwam die bekende vraag weer. "Komt het bij jou met bakken naar binnen? Wat kost dat wel niet." Het meisje dat dit vroeg kwam bij de kapper naar buiten gelopen. Ja, ze zag er fantastisch uit. "Je gaat vanavond naar het Hofbal vroeg ik.(Voor niet kenners. De tickets van dit galabal kosten een eurootje of 60 zonder drank.) "Ja," zei ze trots. "Ah, dus ook vast een duur jurkje gekocht," vroeg ik nieuwsgierig. "Jaaaaahhh," klonk het enthousiast en ik kreeg een verleidelijke knipoog. "Mijn vriend wil graag vanavond met mij pronken he. Dus elk jaar een nieuw jurkje voor het Hofbal hoort erbij." Ik werd nieuwsgierig. "Nog meer activiteiten dit carnavalseizoen op het programma." Ze keek mij verbaasd aan ."Ja hallo. Vanzelfsprekend. Morgen alweer naopraote en natuurlijk vijf dagen met vastelaovend zelf en volgens mij hebben we nog links en rechts wat leuke avonden voor het feest echt begint. Ik heb er zoveel zin in."
Ze had haast. "Ik moet weg. We gaan vanavond eerst nog uiteten voor het Hofbal begint." Ik dacht: "Zal ik dezelfde vraag stellen die ze een paar minuten geleden aan mij stelde? Ach, laat ze lekker genieten. Dit is hun ding. Ik doe het mijne en maak me er niet druk om wat anderen doen. Ik ga er vanuit dat iedereen zijn eigen financiën goed onder controle heeft en weet wat hij/zij doet. De een eet graag en vaak lekker buiten de deur, de ander wil wekelijks op stap, weer een ander wil een kast vol met nieuwe mode. Zo heeft ieder zijn passie. Lekker toch. En we doen er allemaal niemand kwaad mee. Zeker een eenvoudige muziekliefhebber als ik niet. Bovendien luidt een bekend spreekwoord: 'Een goede hobby kost geld.' De muziek is mijn kick. En nog een paar keer genieten van die ouwe lullen bandjes vind ik heerlijk. Drank heb ik daarbij in ieder geval niet nodig om mij te amuseren.
Het leukste blijf ik toch de mensen vinden die de ene sigaret met de ander aansteken en klagen over hun financiële situatie. Kosten van die hobby? Ongeveer 50 euro in de week. Dat is toch snel 2500 euro op jaarbasis. Daar kun je echt veel mee doen, zo lijkt mij. Om te beginnen een betere gezondheid creëren. Maar zoals gezegd: ik bemoei me daar niet mee.
Rob
dinsdag 16 december 2014
Rondje Limburg
Wegens een aantal plichtplegingen - die ik overigens met alle plezier vervulde - stond vandaag een rondje Limburg op het programma. Van Venlo naar het midden van de provincie (Horn), even later door naar Zuid-Limburg (Maastricht) om vervolgens weer terug te keren naar het noorden; eerst Venray en vervolgens weer naar de eigen stad.
Bezoek 1 (Horn) had alles te maken met de situatie rondom mijn moeder. Bezoek 3 was bij mijn moeder. De focus richt zich voor nu op het tweede deel van dit rondje door de provincie: de afspraak in Maastricht. De reden van het bezoek aan de stad van flamboyante burgemeesters stond in het teken van een afscheid. De hoofdredacteur van één van de bladen - waar zowel mijn broer als ik voor schrijven - gaat per 1 januari met pensioen. Ongeveer vier jaar lang schreef ik stukjes voor deze sympathieke man. Bij dit afscheid stelde ik mijzelf pas voor de eerste keer aan hem voor. Dat deed ik enigszins met hem schaamrood op de kaken. We hadden elkaar namelijk nog nooit persoonlijk ontmoet: gedurende die jaren verliepen alle contacten telefonisch.
Frans had er geen moeite mee. Integendeel."Ik heb wel eens veel langer met iemand samengewerkt, zonder deze persoon ooit gezien te hebben," zo zei hij. Frans is behalve hoofdredacteur zelf ook journalist. Hij begrijpt ons vak. Kent de valkuilen, de foefjes en de mogelijke vijanden. Ondanks het louter telefonische contact is hij al die jaren de opdrachtgever geweest zoals ik die iedere journalist gun. Frans weet hoe wij werken, weet snel welk vlees hij in de kuip heeft en staat altijd pal achter zijn mensen. Zelfs bij de grootste conflicten met personen, bedrijven, instellingen of overheden stond hij achter zijn vakbroeders. Chapeau! Niet dat ik zelf bij zijn blad ooit in de problemen ben geraakt, maar het voelde altijd goed om voor deze sympathieke Maastrichtenaar te werken.
In de afgelopen tien jaar heb ik diverse opdrachtgevers gehad. Als er al problemen waren, kreeg je toch vaak het gevoel speelbal te zijn van een spel. De journalistiek kan een chaotische en harde wereld zijn. Bij Frans voelde het echter altijd als een veilig fort. Daarom was het voor mij noodzakelijk om afscheid van hem te nemen en hem eindelijk eens de hand te schudden. We spraken tijdens ons bezoek over deze gekke wereld en alle dingen die als journalist op je pad komen. Onafhankelijk werken is lastig. Bedrijven, verenigingen of personen denken te vaak dat elk medium een propagandamiddel is. Zelfs goed onderbouwde kritiek wordt niet geduld. Dreigingen met rechtszaken of andere dwangmiddelen komen al snel voorbij. Vaak zijn het loze woorden. Gelukkig is het magazine waar Frans hoofdredacteur bij was loyaal voor bedrijven: het is een ondernemersblad. Geen keiharde journalistiek dus, maar toch denken bepaalde partijen nog te vaak dat ze elke letter kunnen bepalen.
Het was een mooi moment op een aparte dag. Ondanks het prettige gesprek in Maastricht was dit bezoek niet het hoogtepunt van het rondje Limburg. Dat mooiste moment mochten we in Venray ervaren en was wederom - zoals eigenlijk op iedere dag - in handen van mijn moeder. Het lieve mens was vanavond in opperbeste stemming. Wat is het fantastisch om haar te zien stralen. Mijn respect voor haar stijgt nog elke dag. Hoewel ze zich in een vreselijk trieste situatie bevindt en ze het ook dagelijks bijzonder moeilijk heeft, weet ze toch regelmatig een lach op haar gezicht te toveren. Ze belandt in situaties die bijna onmenselijk zijn. Psychische mishandeling, zo mogen we het gerust noemen. Toch is er regelmatig die gulle lach en dan denk ik: Hier doen we het iedere dag voor. Iedere dag opnieuw. We blijven dit doen zolang deze strijd duurt. Vanavond verkeerde ze dus in opperbeste stemming. De lach was bij het bekijken van oude familiefoto's met geen mogelijkheid van haar gezicht te krijgen. De aanpak van hoofdredacteur Frans voelde een aantal jaren als een veilig fort. De lach van moeder is als een dagelijkse vitamine. Beiden zijn essentieel om in deze maffe wereld overeind te blijven.
Rob
Bezoek 1 (Horn) had alles te maken met de situatie rondom mijn moeder. Bezoek 3 was bij mijn moeder. De focus richt zich voor nu op het tweede deel van dit rondje door de provincie: de afspraak in Maastricht. De reden van het bezoek aan de stad van flamboyante burgemeesters stond in het teken van een afscheid. De hoofdredacteur van één van de bladen - waar zowel mijn broer als ik voor schrijven - gaat per 1 januari met pensioen. Ongeveer vier jaar lang schreef ik stukjes voor deze sympathieke man. Bij dit afscheid stelde ik mijzelf pas voor de eerste keer aan hem voor. Dat deed ik enigszins met hem schaamrood op de kaken. We hadden elkaar namelijk nog nooit persoonlijk ontmoet: gedurende die jaren verliepen alle contacten telefonisch.
Frans had er geen moeite mee. Integendeel."Ik heb wel eens veel langer met iemand samengewerkt, zonder deze persoon ooit gezien te hebben," zo zei hij. Frans is behalve hoofdredacteur zelf ook journalist. Hij begrijpt ons vak. Kent de valkuilen, de foefjes en de mogelijke vijanden. Ondanks het louter telefonische contact is hij al die jaren de opdrachtgever geweest zoals ik die iedere journalist gun. Frans weet hoe wij werken, weet snel welk vlees hij in de kuip heeft en staat altijd pal achter zijn mensen. Zelfs bij de grootste conflicten met personen, bedrijven, instellingen of overheden stond hij achter zijn vakbroeders. Chapeau! Niet dat ik zelf bij zijn blad ooit in de problemen ben geraakt, maar het voelde altijd goed om voor deze sympathieke Maastrichtenaar te werken.
In de afgelopen tien jaar heb ik diverse opdrachtgevers gehad. Als er al problemen waren, kreeg je toch vaak het gevoel speelbal te zijn van een spel. De journalistiek kan een chaotische en harde wereld zijn. Bij Frans voelde het echter altijd als een veilig fort. Daarom was het voor mij noodzakelijk om afscheid van hem te nemen en hem eindelijk eens de hand te schudden. We spraken tijdens ons bezoek over deze gekke wereld en alle dingen die als journalist op je pad komen. Onafhankelijk werken is lastig. Bedrijven, verenigingen of personen denken te vaak dat elk medium een propagandamiddel is. Zelfs goed onderbouwde kritiek wordt niet geduld. Dreigingen met rechtszaken of andere dwangmiddelen komen al snel voorbij. Vaak zijn het loze woorden. Gelukkig is het magazine waar Frans hoofdredacteur bij was loyaal voor bedrijven: het is een ondernemersblad. Geen keiharde journalistiek dus, maar toch denken bepaalde partijen nog te vaak dat ze elke letter kunnen bepalen.
Het was een mooi moment op een aparte dag. Ondanks het prettige gesprek in Maastricht was dit bezoek niet het hoogtepunt van het rondje Limburg. Dat mooiste moment mochten we in Venray ervaren en was wederom - zoals eigenlijk op iedere dag - in handen van mijn moeder. Het lieve mens was vanavond in opperbeste stemming. Wat is het fantastisch om haar te zien stralen. Mijn respect voor haar stijgt nog elke dag. Hoewel ze zich in een vreselijk trieste situatie bevindt en ze het ook dagelijks bijzonder moeilijk heeft, weet ze toch regelmatig een lach op haar gezicht te toveren. Ze belandt in situaties die bijna onmenselijk zijn. Psychische mishandeling, zo mogen we het gerust noemen. Toch is er regelmatig die gulle lach en dan denk ik: Hier doen we het iedere dag voor. Iedere dag opnieuw. We blijven dit doen zolang deze strijd duurt. Vanavond verkeerde ze dus in opperbeste stemming. De lach was bij het bekijken van oude familiefoto's met geen mogelijkheid van haar gezicht te krijgen. De aanpak van hoofdredacteur Frans voelde een aantal jaren als een veilig fort. De lach van moeder is als een dagelijkse vitamine. Beiden zijn essentieel om in deze maffe wereld overeind te blijven.
Rob
maandag 15 december 2014
Persoonlijke ode aan Sounds
In deze tijd van het jaar koop ik altijd meer vinyl dan cd's. De reden? Ik heb meer tijd om rustig naar muziek te luisteren en dat kan naar mijn bescheiden mening nog altijd het beste via vinyl. De beleving via de oude, vertrouwde grammofoonplaat, blijft toch intenser. Het zou logisch zijn om op deze plek een ode aan vinyl te brengen, maar dat heb ik verleden jaar al gedaan. Daarom nu een persoonlijke ode aan Sounds in Venlo. Een van Neerlands meest befaamde platenzaken. Sterker: afgelopen week werd bekend dat deze speciaalzaak op de tweede plaats was geëindigd bij de verkiezing Beste Nederlandse Platenzaken van de website platendraaier.nl.
Het was afgelopen najaar alweer 30 jaar geleden dat eigenaren Geert Driessen en Leo Hagens in het centrum van Venlo deze platenzaak begonnen. Op de Koninginnesingel, vlakbij het station. Ik loop nog bijna dagelijks langs dit pand en op dit moment is hier een postzegelspecialist gevestigd. Ook een bijzondere hobby, maar wie door de etalage naar binnen kijkt, kan zich bijna niet meer voorstellen dat hier ooit een uitstekend gesorteerde muziekzaak was gevestigd. Wie er toen bij was, weet dat het toch waar is. Want bij Geert en Leo was toen al echt alles op voorraad. Pop, Metal, Alternative, Soul, Blues, Reggea et cetera.
Let op, we spreken wel over het jaar 1984. De cd is pas net gelanceerd en het aantal albums dat per week of maand verschijnt is bijna te verwaarlozen in vergelijk met de eindeloze stroom die de liefhebber anno 2014 over zich heen gestort krijgt. Dat is simpelweg niet meer bij te houden. Zelfs per genre is het een onmogelijke opgave. Toen kon dat nog wel. Bij Sounds op de Koninginnesingel was het gezellig. Platen luisteren met koffie en cake was mogelijk en er kwamen alleen echte liefhebbers. Als fan van de stevigere muzieksoort zag ik bij Geert en Leo plots alle elpees staan die in Aardschok (het 'vakblad' voor liefhebber van Hardrock en Heavy Metal) besproken werden. Sterker: ze lagen gewoon in de etalage. Ja, behalve liefhebber van Hardrock en Metal, luisterde ik in de jaren 80 ook nog naar Top 40 werk en diverse andere stijlen. Als het maar 'in' was. Ok, ik biecht eerlijk op: ik was toen nog geen vaste klant van Sounds. Venlo kende meer platenzaken. Free Record Shop plus Dom van den Bergh (waar Geert en Leo vandaan kwamen) waren al een aantal jaren mijn vaste adresjes. Maar zo snel ik wilde snuffelen naar bijzonder werk dat in het tijdschrift Aardschok werd gerecenseerd, wandelde ik steeds vaker naar deze speciaalzaak op de Koninginnesingel. Niet alleen onder de indruk van het aanbod, maar ook van de gesprekken tussen de eigenaren en hun vaste klanten. Want terwijl ik de hoezen van Iron Maiden, Saxon, Metallica, Judas Priest of veel obscurer metalwerk bestudeerde, klonken op de achtergrond de gesprekken van die volwassen liefhebbers. Dacht ik heel veel te weten over popmuziek? Jammer, bij al deze kennis viel ik stil. Daar stonden de echte kenners.
Al snel verhuisde Sounds naar een groter pand op de Jodenstraat. Onze straat. De straat waar mijn ouderlijk huis stond en mijn vader dus zijn kapsalon runde. De bezoekjes aan Sounds werden frequenter. Niet veel later na deze verhuizing besloten Leo en Geert een tweede pand in dezelfde straat te huren. Het aantal releases groeide en de cd-branche was booming. De Metalkelder in beide panden was bij veel liefhebbers legendarisch. Daar 'onder de grond' stoorde niemand zich aan die takkeherrie en konden liefhebbers van het stevigere werk samen met de Metalspecialist van Sounds bijkletsen over hun favoriete genre.
In de jaren 90 dijde mijn muzieksmaak uit en ontdekte ik ook steeds meer fraais in de alternatieve hoek. Een stijl die door mij eigenlijk jarenlang zo verwenst was. "Liefhebbers van alternatieve muziek waren arrogante kwasten; betweters," zo dacht ik toen vaak. Ze spraken bij 'hun muziek' over 'de ware popmuziek' en deden neerbuigend over alles wat succesvol was of te veel herrie maakte. Maar bij Sounds leerde ik dat niet alle fans van dat genre arrogant waren. Bij Geert en Leo stond vaak de meest vreemde muziek op, maar arrogantie komt niet in het woordenboek van beide heren voor. Integendeel zelfs. Ze zijn ook nu na drie decennia nog steeds een bron van bescheidenheid en rust. Die toegenomen nieuwsgierigheid naar de alternatieve stroming in de popmuziek werd mede aangewakkerd doordat ik het studentenleven indook. Op de Universiteit van Nijmegen, Havana aan de Waal; dat linkse bolwerk. Dankzij die speurtocht in de alternatieve hoek ging er een nieuwe muzikale wereld voor mij open en ook daarvoor was ik bij Sounds aan het juiste adres.
Rond de eeuwwisseling was het tijd weer een nieuw pand te betrekken. De twee zaken aan de Jodenstraat werden ingewisseld voor één megagrote winkel op de Parade. Enigszins mokkend en argwanend betrad ik de nieuwe zaak. Die legendarische Metalkelder was ons ontnomen. Zou dit megapand niet ten koste gaan van de sfeer? Nee! Een andere sfeer, maar geen mindere. Want wat wij als liefhebbers van het stevigere muziekwerk kregen voorgeschoteld was inderdaad compleet anders, maar het bracht wel een nieuwe dimensie in de historie van deze bijzondere speciaalzaak. Het olijke duo Henny en Herman was geboren en kreeg een plek achter in de winkel. Henny de Metalman bij uitstek, Herman was er onder andere voor de dance liefhebbers. Dat leverde vaak hilarische sketches op. Wie achterin bij Sounds op zoek was naar uitbreiding van de cd-collectie kreeg er gratis cabaret bij. Henny en Herman: twee verschillende karakters. Twee verschillende types. Twee compleet verschillende stijlen. Maar het werkte perfect. Vele anekdotes kwamen daar aan die balie voorbij. Telkens was het weer een feest om daar te zijn.
Na een aantal wijzigingen in het interieur en de stijl van de winkel verdween helaas de de bijzondere plek van het olijke duo. Vanzelfsprekend keken de fans van beide heren bedenkelijk. Voortaan was er één centrale kassa. Ook nu bleek het een kwestie van gewenning en blijft Sounds een plek waar liefhebbers van alles stijlen terecht kunnen.
De sfeer die ooit zo kenmerkend was voor de Metalkelder, is nu -weliswaar in een andere jasje - terug te vinden op de vinylzolder. De plek waar duizenden en duizenden elpees zijn te vinden. Tweedehands, maar steeds vaker ook nieuw werk. Vinyl is booming. Complete gezinnen komen naar Sounds om elpees te kopen. Geert en Leo namen een aantal maanden geleden een collectie van 26.000 elpees over van een Belgische verzamelaar. Sounds was landelijk in het nieuws. "Wat een gedoe om een paar platen," zo liet Leo zich een nuchter tegen mij ontvallen. Om er vervolgens met een bescheiden lach achteraan te zeggen: "Wie had dat vijf tot tien tien jaar geleden verwacht?" Inderdaad: niemand.
Geert en Leo zijn met hun team nog steeds diezelfde liefhebbers van toen. Boven op die vinylzolder waan ik me af en toe terug in hun eerste winkel op de Koninginnesingel. Al is alleen deze bovenverdieping al beduidend groter dan dat knusse winkeltje van toen. Door de hoeveelheid aan vinyl is de sfeer echter toch bijna authentiek aan de entourage van toen. De afgelopen weken zijn er weer wat oude liefdes op vinyl aan mijn collectie toegevoegd. Nieuw werk koop ik op cd, maar de klassiekers van toen, klinken toch nog steeds het beste op die oude vertrouwde zwarte schijf, voorzien van een prachtige hoes. Voor zowel die nieuwe cd's als die traditionele platen is Sounds nog steeds een paradijs waar Venlo meer dan trots op mag zijn.
Foto's zijn afkomstig van de site van Sounds zelf en zover ik kan beoordelen genomen door Janneke Michels
Rob
Abonneren op:
Posts (Atom)