Het mag vreemd klinken, maar eigenlijk zijn die uurtjes bij haar in dat moderne verzorgingstehuis voor mij tevens een moment van volledige rust. Ja, een oase van rust. Even weg uit de compleet gestoorde wereld waarin wij leven. Even weg van de hectiek, mensen die je belazeren, de drukke agenda, gemaakte vrolijkheid en de keiharde wetten van de moderne maatschappij. Hoewel het natuurlijk geen ouderlijk huis of thuis meer is, zit zij daar. En juist daardoor voelt het altijd weer even als thuiskomen.
"Uw moeder heeft een medebewoner geslagen," zo kregen wij anderhalf jaar geleden plotseling te horen toen zij sinds een aantal weken in die vreselijke kliniek verbleef. Mijn moeder iemand geslagen? Ik begreep er niets van. Mijn moeder sloeg nooit. Later begreep ik het en zag het met eigen ogen. Zij werd daar in die hel ook geslagen door andere bewoners. Daar op die plek waarvan iedereen (Inclusief medisch deskundigen) wist dat ze er niet thuis hoorde, daar werd moeder niet alleen psychisch mishandeld door haar omgeving, maar kreeg ze tevens met fysiek geweld te maken. Wie weet hoe vaak ze daar geslagen werd. Want wat zich het grootste deel van de dag - op de momenten dat er geen bezoek mocht komen - achter die gesloten deuren afspeelde, zullen we nooit weten. Hoewel. Een aantal familieleden van andere patiënten bracht er om diverse redenen wel eens de nacht door. De verhalen die daarover verteld werden, stemde ons niet vrolijk en bevestigde ons beeld. Dwalende, onrustige en dus ook boze patiënten over de gangen die dan ongevraagd bij anderen de kamer binnenliepen. Het personeel? Dat zat op een andere plek koffie te drinken. Op die locatie is mijn moeder voor de jaren die ze nog heeft voor goed veranderd. Bijna elf maanden lang psychische en fysieke mishandeling gaat niemand in de koude kleren zitten. Zeker een dementerende senior niet.
Op dit moment lopen drie tuchtzaken tegen de betreffende Geriater en vier officiële klachten bij het Medisch Tuchtcollege tegen de instelling zelf over de situatie daar. Ja, gelukkig durfden meer families deze stap te zetten. Samen sta je sterker. Anderen gaven eerlijk toe dat ze het niet aandurfden om officiële aanklachten tegen de arts en de instelling te zetten. Bang voor de confrontatie, angst voor represailles, intimidatie of gewoon te veel emoties. Triest maar waar. Wij hebben er ook nog een aparte jurist op gezet. Behalve de vreselijke ziekte van moeder krijgen wij (en al die andere families) dat onvoorstelbare gedrag er gratis bij. Slechts louter tegenwerking, leugens en damage control van arts en instelling. Het is een lange strijd die dagelijks veel energie kost, maar wij gaan door.
En ondanks die elf maanden in de hel, weet mijn moeder nu toch weer dagelijks die lieve en stralende lach op haar gezicht te toveren. Gewoon omdat ze ons (of een ander vertrouwd) gezicht ziet. De heftige uitingen van boosheid zijn helaas wel gebleven. Aangeleerd op de momenten dat ze zich daar in Venray helemaal alleen moest verdedigen. "Wat jullie doen, heb ik in de 20 jaar sinds ik in de verpleging werk nog nooit meegemaakt," zo liet een medewerker van de betere plek - waar ze nu alweer bijna 8 maanden verblijft - onlangs weten. "Daar heb ik zoveel respect voor," zo voegde ze er nog aan toe. Ook andere medewerkers laten het regelmatig horen. Bij Vincent van Gogh omschreef men dit als ongebruikelijk bedrag. Tja, het is gewoon oprechte betrokkenheid. Ik ben er mee opgevoed en weet niet beter dan dat ook dit helaas een deel van het leven kan zijn. Onze ouders waren er ook altijd voor ons. Dan doe je in de laatste jaren van hun leven alles terug. Bij mijn vader hebben we tijdens zijn ziekte (hersentumor) hetzelfde gedaan. Eigenlijk is het triest dat anderen het opvallend vinden.
Behalve de bezoekjes komen wij ook op alle andere fronten voor haar op. Het lieve mens kan zichzelf niet meer verdedigen. Wij willen het beste voor haar; het allerbeste. De enige wijze van verdedigen die zij nog heeft, is de slaande beweging zo snel iemand zich met gestrekte armen richting haar wendt. Het is een gestrekte hand die haar juist wil helpen (met bijvoorbeeld aankleden of wassen), maar de Pavlovreactie die ze zich in Venray aanleerde, zit er nog in. Verdedigen. Zij weet niet wat die gestrekte hand met arm van plan zijn en dus komt daar de bekende reactie. Alleen als ik een vriendelijke arm om haar heen leg, vertrouwt ze het, maar alle andere bewegingen zijn voor haar verdacht. Maar toch; telkens als ik binnenkom en op vele andere onverwachte momenten tijdens de uurtjes van mijn bezoek, is daar die fantastische stralende, soms ondeugende, maar altijd lieve moederlach. "Ze lacht wel vaker," zo zei een verpleegkundige van de afdeling. "Maar zo snel ze jullie ziet, is het echt ongelofelijk hoe ze dan straalt."
De lach in combinatie met een paar stralende ogen die zorgt dat ik de strijd weer aankan. De lach die niemand anders kan geven. De lach die telkens weer zorgt voor het mooiste moment van de dag.
De lach in combinatie met een paar stralende ogen die zorgt dat ik de strijd weer aankan. De lach die niemand anders kan geven. De lach die telkens weer zorgt voor het mooiste moment van de dag.
Rob
Geen opmerkingen:
Een reactie posten