"Heb je het al gehoord? John Lennon is dood!" Ik zat nog op de lagere school toen een klasgenoot mij deze vraag in de vroege ochtend van 9 december 1980 stelde. "Euhm, wie is dat ook alweer," vroeg ik nog met enige verbazing. "Die van The Beatles. Dood. Vermoord. In New York. Gisteravond voor zijn huis." In de weken die volgden, reisde ik terug in de tijd. Terug naar de jaren zestig. In die laatste weken van 1980 was het Beatlesmania all over. De idealen uit de jaren zestig waren weer springlevend. Helaas om de verkeerde reden. De dood van Lennon zorgde dat hun muziek overal was te horen. En ik werd Beatlesfan. Ook om de verkeerde reden.
Nu de band voor twee weken centraal staat in Venlo moet ik er weer aan terugdenken: hoe en waarom is die passie ook alweer ontstaan? Ik groeide op in een Beatlesloos tijdperk. Tweede helft jaren zeventig. Ja, ik kende Paul McCartney. Die was nog steeds beroemd, dankzij zijn nieuwe band Wings. Of liever gezegd: omdat hij Paul McCartney van The Beatles was. Natuurlijk had ik de grootste hits wel eens op de radio gehoord. Meer was er niet. Lennon had de afgelopen vijf jaar als kluizenaar geleefd. George Harrison en Ringo Star scoorden geen hits. Ja, Lennon had net een nieuw album uitgebracht. De single (Just Like) Starting Over vond ik gewoon oké. Maar het nummer kreeg vanaf die 9e december natuurlijk een compleet andere lading.
In de dagen die volgden zag ik huilende mensen op TV. Huilende mensen in Londen. Huilende mensen in Liverpool. In Amsterdam. In New York. Overal ter wereld kwamen duizenden en duizenden mensen samen om te bidden, te zingen voor hun idool John Lennon. De man die de zo'n belangrijk stempel op de jaren zestig had gedrukt. Iedere dag keek ik ademloos naar het journaal en actualiteitenprogramma's. De popblaadjes die ik kocht voor mijn idolen Kiss, Van Halen en The Police stonden ineens vol met The Beatles. Er verschenen speciale uitgaven en boeken over de Fab Four en vooral over Lennon. Die resterende drie weken van december 1980 vormden deels mijn muzikale smaak. Tijdens de kerstdagen zond de TROS een Beatles top 30 uit. De twee cassettebandjes die ik opnam, draaiden maandenlang onafgebroken hun rondjes op mijn stereo-apparatuur. Daarna was het tijd geworden om zelf albums van The Beatles te gaan kopen. Een jaar later kreeg ik met Sinterklaas mijn eerste Beatlesboek. Het was een soort dagboek van de jaren 60; een chronologisch overzicht. Dat boek heb ik verslonden, maar heeft nog steeds een bijzonder plekje in mijn boekenkast.
De band is daarna nooit meer uit mijn leven verdwenen. De moord op Lennon blijft me fascineren. In de loop der jaren heb ik er diverse films en documentaires over gezien. Ook las ik er diverse boeken en artikelen over. Vanzelfsprekend bestaat ook hierover een complottheorie. De CIA zou bang zijn dat de ex-Beatle zich weer tegen de Amerikaanse regering zou keren en een nieuwe generatie aan zich wilde binden. Een generatie die zocht naar een leider, een spreekbuis om hun onvrede die begin jaren 80 weer ontstond te uiten. Die Lennon moest voor altijd zwijgen. Die theorie gaat mij te ver. Het was de actie van een gek. Een man met een persoonlijkheidsstoornis: Mark David Chapman. Als ik films zie die vertellen over de dagen voor de moord, vind ik hem een enge, griezelige man. Die 8e december in New York lijkt dan bijna surrealistisch. Het verhaal is bekend, maar om het te zien, is nog steeds onwerkelijk. Chapman vroeg 's middags om een handtekening van zijn idool. Die kreeg hij. Op de hoes van dat nieuwe album 'Double Fantasy'. Toen de ex-Beatle 's avonds terugkwam uit de studio en hij Chapman passeerde, schoot de inwoner van Hawaii hem dood. Een onwerkelijk beeld. Telkens weer.
In december 1980 knipte ik behalve plaatjes van Kiss, ook plaatjes van The Beatles uit de Hitkrant, Bravo en Popfoto. Nog steeds sta ik in december stil bij de dood van Lennon. Dat doe ik bij geen enkele andere artiest. Zijn dood en alle gebeurtenissen uit die weken daarna, hebben een enorme indruk op mij gemaakt. In december draai ik net iets meer Beatlesmuziek dan anders. Dan pak ik weer een dvd uit de kast of blader ik weer eens door de boeken. Als een herinnering aan eigenlijk een hele mooie tijd. Want de vredige en feestelijke decembermaand was in 1980 eigenlijk nog meer dan anders vol met love & peace. De wereld was voor een paar weken één. De mensen zochten naar antwoorden, maar ook naar vrede. Helaas - zoals zo vaak - om de verkeerde reden. Daar was een moord voor nodig.
Omdat Venlo de Beatles sinds afgelopen weekend veertien dagen lang in de spotlight zet, begint die periode dit jaar iets eerder. De release van het nieuwe dubbelalbum - On Air:Live at the BBC - draagt daar ook zeker aan bij. Ik vind het prima en terecht. Kijk naar een foto van de band uit 1963 en pak een foto van zes jaar later. Je ziet een totaal andere band. Pak een van de eerste albums uit 1963 of 64 en luister daarna naar een album uit 1968 of 69. Je hoort een heel andere band. Vergelijk dit met artiesten van nu. Ze zien er zes jaar later bijna hetzelfde uit. Ze klinken zes jaar later bijna hetzelfde. Het eerbetoon in Venlo is dan ook terecht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten