Ze hebben niet
de status van The Beatles of The Stones, maar toch: The Who behoort tot de
absolute groten der aarde. Ze komen uit het decennium waarover een sluier van
liefde, magie, nostalgie, maar ook een waas van mystiek hangt. Was het allemaal echt zo
mooi als velen ons nu doen geloven? Waren de jaren zestig echt dat keerpunt
voor de mensheid?
Het antwoord is
waarschijnlijk ja en nee. Natuurlijk is er op sociaal en artistiek gebied veel gebeurd
in dat decennium. Maar de aanloop begon al in de jaren 50; de jaren na de tweede
wereldoorlog, de jaren van wederopbouw. Bovendien begonnen de roerige jaren zestig
zoals we ze kennen eigenlijk pas in 1965 en liepen ze op 1 januari 1970 nog een
aantal jaren door.
De antwoorden ja
en nee zijn eveneens van toepassing op de vraag of The Who behoren tot de
magische acts van de jaren 60. Ik ben geneigd ja te zeggen. Zeker nadat ik op 2
juli getuige was van het laatste concert van hun Europese tour (en mogelijk
laatste show in Nederland ooit). Nee, de band rondom Roger Daltrey en Pete
Townshend had bij mij ook nooit de status die The Beatles en The Stones (of The
Doors en Dylan) hadden. Maar toch, ik wilde ze zien. The Who scoorde minder
hits, maakte minder albums en heeft daardoor slechts een handvol klassiekers op
hun naam staan Zingt Tante Mien uit Assen hun hits mee zoals ze dat wel in de Arena bij The Stones doet? The Who heeft geen rijtje ala
Satisfaction, Sympathy for the Devil, Brown Sugar, Angie et cetera. En ook geen
serie als Hey Jude, Let it Be, Yesterday, She Loves You et cetera. Liedjes die
iedere generatie opnieuw met de paplepel krijgt ingestopt.
My Generation?
Ja zeker! Die wel. Who are You? Yep, al was het alleen maar vanwege de tv-serie. Maar
dan? Pinball Wizard? Misschien. Won’t get Fooled Again? Tja, voer voor Classic
Rock liefhebbers. Behind Blue Eyes? Misschien nog net. Dat ze die ultieme status
niet hebben is punt 1 niet erg en punt 2 zijn de heren er zich daar zelf ook
bewust van. Pete Townshend vertelde
in de Ziggo Dome vaak
over de verhalen achter de liedjes. Hoe ze ontstaan waren. Over het waarom. Zo
was The Who eind jaren zestig vooral heel druk in de VS en speelde de band
onder andere op Woodstock. Het werd tijd voor een hit in Europa, zodat de
mensen hun daar niet zouden vergeten. Het resultaat werd: I can see for Miles.
Een meezinger. Maar nee, zo vertelt de gitarist. Het deed bijna niets in de charts. Het volk pakte het nummer niet op.
Een
kleine 50 jaar later kent een beetje Classic Rock liefhebber die hit wel. De
zelfspot kwam regelmatig terug. “Dat! Dat daarachter is toch een bierkraam? Of
niet dan,” zo vroeg Townshend halverwege de avond aan het publiek. “Ik zie hier
verdomme kids van 25 jaar in de zaal staan. Man op die leeftijd stond ik liever
bier te drinken dan naar een ouwe lul van 70 jaar te kijken.” Zijn uitleg
over hoe hij Eminence Front aan Miami Vice had verkocht was eveneens voorzien van het nodige cynisme. Ja, puur voor de poen. Toen al. In de jaren 80. Voor het internet. Ook vertelde de gitarist hoe hij nu van het leven genoot. Van zijn dure
auto’s of een fantastisch in Nederland gemaakt jacht. “From your fucking money!
Haha!” Die eerlijke verhalen die Townshend opbiechtte, bevestigden de status van
The Who. De status van rockhelden.
Want er ging
gewoon een lichte schok door mijn lijf toen de twee enig overgebleven leden van
deze Britse band het podium betraden. Ja, mijn eerste concert van The Who en ik
had even kippenvel omdat er in mijn ogen toch twee Rockgoden op slechts een
paar meter afstand stonden. Daltrey en Townshend mogen dan geen Jagger
en Richards of Lennon en McCartney zijn, voor mij hadden ze die avond in de
Ziggodome wel hetzelfde charisma.
Was ik in die eerste minuut al om. Na twee uur was ik volledig verkocht. Wat een band! Wat een power! Wat een indrukwekkende reeks rockklassiekers hebben ze stiekem toch gemaakt. Eigenlijk was vooraf al duidelijk hoe groots The Who is. Voor de show werd op het scherm door middel van foto’s en teksten de historie van de band belicht. Het verhaal van Woodstock. De tragische dood van drummer Keith Moon. Het net zo tragische einde van bassist John Entwistle. De foto’s uit de gloriejaren voor volle stadions. De albumhoezen. Hier stond een portie rockhistorie op het podium om U tegen te zeggen. En met name de uitvoering van al die nummers was magisch. In de dagen voor het concert las ik vaak verhalen over de stem van zanger Roger Daltrey; die zou aan kracht hebben ingeboet. Yeah right! Mijn kont. Die stem was fantastisch. In de hoge en lage regionen. Na afloop sprak ik mensen die aangaven dat er in het recente verleden inderdaad mindere avonden waren geweest, maar deze avond klopte alles. Dus ook de stem.
Kippenvel was er
niet alleen bij de opkomst van de Daltrey en Townshend, maar ook bij het intro
van You better you bet of gewoon toen ze na een korte welkoms toespraak Who are
You inzetten. Dat overbekende intro. Het gejuich vanuit de zaal. Eigenlijk was
toen al duidelijk dat het een bijzondere avond zou worden. See me, Feel me,
Amazing Journey, Pinball Wizard of welk nummer dan ook. Allemaal bevestigden ze
wat ik tijdens de show steeds meer voelde. Het was een historische avond. En
wat ben ik blij dat ik ze toch minimaal één keer live aan het werk mocht zien. Daltrey
en Townshend! Die ouwe rakkers. They didn’t die before they got old! God zij
dank niet!
Rob
Geen opmerkingen:
Een reactie posten